Divan van Ghalib
Deze bladzijde is met opzet leeg gelaten
nachoem m. wijnberg
Divan van Ghalib
2009 Uitgeverij Co...
15 downloads
502 Views
2MB Size
Report
This content was uploaded by our users and we assume good faith they have the permission to share this book. If you own the copyright to this book and it is wrongfully on our website, we offer a simple DMCA procedure to remove your content from our site. Start by pressing the button below!
Report copyright / DMCA form
Divan van Ghalib
Deze bladzijde is met opzet leeg gelaten
nachoem m. wijnberg
Divan van Ghalib
2009 Uitgeverij Contact Antwerpen/Amsterdam
Eerste druk september 2009 Tweede druk november 2009
© 2009 Nachoem M. Wijnberg Omslagontwerp en verzorging binnenwerk Suzan Beijer isbn 978 90 254 3281 2 d/2008/0108/956 nur 306
www.uitgeverijcontact.nl
Divan van Ghalib
Deze bladzijde is met opzet leeg gelaten
Begin
Wat is dat ook alweer, dat waarover gesproken wordt alsof het een oplossing is,
wat wordt ook alweer gemaakt in de werkplaats van donker
en licht, dat als het begin is. Hoe hoog moet ik zijn om de aarde heel te zien en iets van de hemel daaromheen,
zoals iets wat gebeurt heel zien, net ver genoeg om het begin
en einde te zien en iets daaromheen. Waarom geef je mij dat niet cadeau, het verschil tussen winst en verlies,
dat ik niet hoef te zeggen waarom ik hier begin en niet
ergens anders. Bang om te beginnen aan wat ik niet kan zonder veel hulp, omdat ik het niet goed kan en snel opgeef;
het begon en hield op, net toen ik wilde dat het door zou
gaan totdat ik genoeg zou hebben aan het begin. De beginner en de opgever, een van hen wordt beter als hij ouder wordt?
Plotseling heeft de een tijd voor de ander.
Wil ik dat weten, nee, dat wil ik niet weten, dan had ik het eerder moeten zeggen;
kijk, ik wist helemaal niet hoeveel het was wat ik opgaf,
maar nu ga je mij het laten zien. Ik wil opnieuw beginnen en jij bent eerder begonnen dan ik,
dan wil ik dat het niet telt.
7
Ik heb gehoord dat anderen goed beginnen, maar ik niet,
daarom is het voor mij ook zo moeilijk te zeggen dat ik wil
beginnen. Wil ik dat wij weer bij het begin beginnen, dan kan ik bij het begin zijn;
bied je mij aan bij het begin te beginnen zodat ik bij het
begin kan zijn? Ik merk dat wij zonder iets te zeggen weer bij het begin zijn begonnen,
hoewel ik de vorige keer het begin niet heb gezien, maar er
wordt zoveel duidelijk gemaakt, met grote stappen, zoals bij het begin. Het laatste stuk moet ik alleen doen, ik heb iets bewaard voor het laatste stuk;
iemand anders was bij het begin, maar die heb ik niet gezien.
Wakker worden tussen bloemen en ervoor betaald krijgen, een dag over kunnen slaan als ik wil;
niemand heeft mij hier gebracht, ik kan nog omkeren en de
andere kant uit lopen. Muziek om te rennen, dwars door de woestijn Sinaï, aan de berg Sinaï voorbij;
zag ik iemand die stilstond, midden in de woestijn, als op het
strand rondom de berg Sinaï? Dat het einde iets met het begin te maken heeft, dat is niet gebruikelijk, dat is alleen hier zo;
de regels waaraan ik mij kan houden geven begin en einde,
daarom kan ik later beginnen dan ik verwacht, zeg dat het zo is. 8
Ghalib
Ghalib woont in een huis in Delhi,
maar als hij gedichten schrijft, in het midden van Iran,
niemand leest meer Perzisch, ook niet in Iran,
en Ghalib zegt dat de Perzische woordenboeken die in Delhi
te koop zijn niet kloppen. De parels uit de kroon van de koning van Perzië, een voor een laat ik ze op papier vallen,
de kroon van de koning van Delhi, door mij veranderd in
gedichten, afgenomen waar iedereen het kon zien, in het geheim aan mij gegeven,
ik weet dat het paradijs niet bestaat, maar toch denk ik er
vaak over. De deur van het paradijs is precies als jouw deur, alleen is het niet zo druk als voor jouw deur;
wat is een kroon, dat is iets wat je op je hoofd zet, van wat is
het de kroon, van waar je aan denkt. Ghalib schrijft zo schitterende gedichten,
hij zou een pensioen moeten krijgen, maar vandaag weet hij
niet aan wie te vragen.
9
Als de koning mij betaalt
Als de koning mij betaalt schrijf ik over zijn tuin als het avond wordt,
als een vrouw die hem met een vinger roept of een groep
blinde danseressen, een geschenk van ver weg. Hij wijst de danseressen waar ze de rest van hun leven zullen wonen,
welke deuren die van hun kamers zijn en welke die van de
kasten waarin ze hun kleren kunnen ophangen. Mijn mond vol juwelen of hoeveel ik weeg in goud,
ik zou blij zijn met het een of het ander, weet zelf niet wat
meer waard is. God roept een engel en laat hem buigen naar Adam;
is hij dan de koning voor een dag, zegt de engel, o ja, ik zie
zijn bruid al naar hem toe lopen. Mijn vrouw is dronken, die denkt dat ik schitterend ben en mijn adem zoet;
hoe ik betaald wil worden, met meer leven dan ik weeg.
Wie anders zouden ze koning moeten maken, er is niemand anders meer;
als ik koning ben hoef ik niet bang te zijn dat ze iemand
mijn plaats laten innemen, want er is niemand anders meer. Als God als een koning is van alles wat hij ziet, maar zekerder van zijn troon, Ghalib? 10
waarom is hij dan niet vrijgeviger naar een dichter als
Ghalib en nog een
Aan het hof doen zij nog zoals vroeger,
maar in plaats van lange optochten van paarden en olifanten
komt steeds hetzelfde paard voorbij. Het is het beste wat gedaan kan worden met wat nog over is;
als troost van in armen gehouden worden, waar de kleren
naar ruiken. Er is wijn genoeg om steeds hetzelfde glas te vullen en door te geven,
de hele nacht worden gedichten opgezegd.
Ik zeg dat ik mijn handen ga wassen, blijf een paar uur weg;
als de nacht bijna voorbij is kom ik terug en vragen zij mij
om nog een gedicht. Daarna ga ik als eerste naar buiten,
zie nog de vrouw die op straat staat tot het ochtend wordt.
Zij is wie mij in het paradijs ontvangt,
als niemand die zij aankijkt meer naar haar verlangt zegt zij
gedichten van Ghalib op.
11
Ghalib en de engel
Ik sta op straat en wacht op een engel, ik weet niet uit welke richting hij komt,
hoe de wereld gemaakt is, wie zou mij dat vragen, behalve
een engel. Op de laatste dag van elke week wordt de mens gemaakt;
daarom heeft een engel een lichaam als van een mens,
daarna komt niets meer. Moet ik wachten op de engel die vragen komt stellen aan de dode in zijn graf?
Hij heeft een schep bij zich, want wie dood is ligt diep in de
grond. De engel rent naar mij toe als ik mijn ogen weer aan het licht laat wennen,
hij heeft niet gehoord dat het de dag is dat de doden weer
vrij zijn. Een geluksspel spelen met een engel, wie denk je dat wint?
Als ik paraplu’s verkocht zou het nooit meer regenen, niet
één druppel. Een schip in een storm, ik de enige passagier, wie denk je dat ze overboord gooien?
De engel vraagt of ik nog een keer wil spelen, mijn geluk
komt zeker nog. Ghalib is gisteren gestorven, ik sta op en ga weer zitten, 12
daarna kan hij, wat mij betreft, vanavond weer sterven, na
honderd keer weet ik beter hoeveel mij dat uitmaakt.
Er is niet zoveel wat ik moet weten
Als ik het over Jamshid heb is het genoeg als ik weet dat hij koning van Perzië was,
dat hij de hele wereld kon zien in het glas waar hij wijn uit
dronk. Als ik het over Sikandar heb is het Alexander die Darius zijn koninkrijk afnam,
en met de vrouwen van Darius sprak alsof elk van hen al
haar hele leven met hem getrouwd was. Jamshid dronk niet alleen uit het glas waarin hij de hele wereld kon zien, hij had het ook uitgevonden,
zoals Sikandar de uitvinder van de spiegel was die hij zo ver
weg als mogelijk ophing. Khizar kan niet doodgaan omdat hij zijn schulden niet kan betalen;
niemand geeft hem een fooi – voor een koning is het een
fooi – zodat hij zijn schulden kan betalen. Khizar kan niet meer doodgaan, niet eens als liefde hem van binnenuit opeet,
hij beloofde Sikandar te zeggen waar het water was, maar
stuurde hem de verkeerde richting uit. Hoe het is als iemand die niet meer dood kan gaan een stuk met je meereist,
hij zegt dat hij de weg weet, maar hij praat ook zoveel
onderweg. Waarom ik bij je blijf, omdat je gesproken hebt met wie dood is en aan wie ik elke dag denk,
Ghalib heeft het over wat plotseling dichtbij komt als een
vriend daarover vertelt.
13
Ghalib en God
God bekijkt ons een voor een om te beslissen of hij met een van ons zou willen trouwen,
dan is het de laatste dag dat dat mogelijk is.
God denkt aan iemand die op hem lijkt, net als een mens,
een vogel met een gezicht aan beide kanten van zijn hoofd,
en besluit die niet te maken. Als ik nadenk over mij en mijn verlangen, denk ik soms dat het met mij net zo ging,
dat het een ochtend waard was om te bedenken hoe mij te
maken, en dat was genoeg. Ik breng mijn hand naar mijn mond alsof ik een glas vasthoud
om te laten zien hoeveel ik vroeger dronk voordat ik naar
buiten ging. Van wie ik leer zo vrijgevig te zijn,
als het vorige glas het laatste was krijg ik er altijd nog een
van jou als ik zeg dat ik wegga. Een nacht vol sterren, Ghalib tilt die ’s ochtends op
14
als hij een hele nacht geslapen heeft, niet ergens heen moest.
Voordeel
Wat is het voordeel als ik weet hoe iets afloopt,
dat ik kan vragen stil te zijn wie het mij wil uitleggen?
Ik kan iets niet terugvinden en ik heb overal gekeken waar ik dacht dat het was,
zal ik eerst op andere plaatsen gaan kijken of nog een keer
op de plaatsen waar ik al was? Het is te moeilijk om mijn weg van plaats naar plaats te vinden en te kijken of ik kan zien wat ik probeer te vinden,
misschien kan iemand anders mij van plaats naar plaats
brengen? Ik heb gehoord dat er nooit iets gebeurd is wat niet ook goed voor mij was;
stilte, zacht licht over het gras, er moet toch een voordeel
voor mij in zijn. Ik heb iedereen gezegd dat ik vanavond niet hier zou zijn,
toch ben ik niet ver weggegaan omdat ik steeds weer ging
kijken of er niet iemand voor mijn deur stond. Dat is misschien niet de plaats waar de kans het grootst is om mij te vinden,
maar als iemand mij daar zoekt en ik er niet ben is hij
verloren. Ik verkoop de wijn die Ghalib drinkt als het avond geworden is,
ik laat mij betalen met wat Ghalib heeft als het avond
geworden is.
15
Ghalib en de engel van de dood
Als ik naakt lig met mijn ogen dicht is dat omdat ik niet bang meer ben;
maar dat telt toch alleen als iemand naast je ligt, zegt de
engel van de dood. Als de engel van de dood naar mij toe komt vraag ik om af te mogen maken waar ik mee bezig ben,
ook als hij zegt dat hij mij nu wil kussen, hij kan niet
beloven hoe hij het later doet. Ik bied aan om tegelijk ook voor hem te werken;
de engel zegt: weet je wat je gaat doen als je het een dag
gedaan hebt, je gaat laten zien hoe makkelijk het is. De vleugels van de engel van de dood zijn licht, wegen bijna niets, de wind kan ze wegblazen,
probeer er maar eens een op te tillen.
Jij met de twee vleugels in je handen,
de nacht is bijna voorbij en jij kan naast mij komen liggen
totdat het ochtend geworden is. Ghalib, waarom heb je het zo vaak over de engel van de dood, alsof je hem al zo lang kent,
je moet hem snel weer eens zien, anders denkt hij dat je niet
meer over hem denkt zoals vroeger.
16
Uit het hoofd
Ik denk over iets na alsof ik het kwijtraak als ik tegen mijzelf zeg dat ik het nooit meer zal hebben
en ik mij herinner dat ik iemand was die nooit zomaar iets
zei. Vroeger kon ik niet meer met iemand in mijn hoofd spreken als ik niet wist waar die was,
nu kan ik ermee doorgaan, zo lang als ik wil, misschien kon
ik het vroeger ook, alleen durfde ik het niet. Alles wat je gezegd hebt wil ik opschrijven en daarna uit het hoofd leren,
om als ik wil te kunnen lezen wat ik uit het hoofd ken.
Daar komt weer iemand die zegt dat als hij voor het eerst kon schrijven,
hij zou beginnen met wat hij het makkelijkst uit zijn hoofd
leert. Overdag spreekt God met Mozes,
’s nachts laat hij hem alleen zodat hij uit het hoofd kan leren
wat hij gehoord heeft. Uit het hoofd leren, maar anders dan door het zich steeds opnieuw te herinneren, zoals ik vroeger uit het hoofd leerde,
als op de eerste dag uit de gevangenis, alles is zo groot.
17
Schrijf maar op wat ik moet betalen
Ik dacht dat het gratis was, maar wordt gevraagd te betalen;
waar ik voor zou willen tekenen, dat betekent: als het mij
van tevoren aangeboden was had ik ja gezegd en niet om meer gevraagd. Ik heb hulp nodig om te blijven tussen met al mijn kracht en niet op mijn voeten kunnen staan;
dat ik mijn glas nog moet leegdrinken is mijn excuus om te
blijven zitten. Ik doe alsof ik iets met een vinger op de palm van mijn andere hand schrijf,
zo vraag ik om de rekening zonder iets te hoeven zeggen.
Stoelen en tafels die omgekeerd zijn weer rechtop zetten zodat ik een tafel kan kiezen,
dat is het werk van engelen en obers.
Mijn lichaam is gemaakt van klei, daarom kan ik op mijn handpalm schrijven;
als ik mijn handen een dag omhooghoud kan ik de tekst niet
meer veranderen. Zo heb ik leren schrijven, iemand schreef een zin en ik schreef een zin daaronder, in een andere kleur;
het werd makkelijker als wij deden alsof wij over iets
onderhandelden, bijvoorbeeld over hoeveel iets kostte. Van wie kan ik kopen wat alleen maar als een droom is, Ghalib, 18
ik wil in bed liggen waar het stormt en steeds weer wakker
worden met de herinnering aan de droom die ik gekocht heb.
Steeds meer vrijheid
Als je kunt beslissen of je iets doet of niet doet moet er iets zijn waardoor je een verschil kunt zien;
dat is niet mogelijk als je aan het begin alleen bent.
Een beslissing is hetzelfde als bewegen of op dezelfde plaats blijven,
maar gezien vanuit twee verschillende punten.
Ik heb deze heldere redeneringen niet bedacht,
ik heb ze cadeau gekregen van iemand die beleefd en rustig
bleef. De tweede zou ik willen testen, daar heb ik een slim plan voor bedacht:
een van de twee punten iets te verschuiven.
Er zijn zo veel punten, maar jij en ik kennen er maar weinig, misschien alleen die twee,
om nog een keer met jou alleen te zijn zou ik al mijn kleren
geven. Je maakt maar één uitzondering op dat je niet denkt dat iets waar is omdat jij dat wilt,
dat je meer vrij bent als je wilt vasthouden wie niets kan
vasthouden, Ghalib weet hoe dat is.
19
Ghalib en Mir
Mir zegt dat God schaakt als een beginner die als hij een stuk kan slaan dat altijd doet,
het is makkelijk van hem te winnen als je tegen hem kan
spelen. Wie de wereld gemaakt heeft, maar niet mij,
als hij iemand anders vergat te maken was er altijd iets wat
hem eraan herinnerde, maar niets herinnerde hem aan mij. Ik besluit ander werk te zoeken, ook als ik zo alles wat ik geleerd heb weggooi,
ik besluit in een taal te schrijven die niemand meer spreekt,
ik kan niemand om hulp vragen als ik een woord niet weet. Als wat meer wordt, welke kans wordt dan kleiner,
als ik meer woorden heb omdat elke keer als ik een nieuw
woord hoorde ik het opschreef? Ik denk dat ik wel een idee heb van wat een goed experiment is, maar het enkel kan uitleggen in een taal die ik nog niet spreek,
die ik hoop dat ik vanzelf leer als ik niets anders doe.
Ik ben gestopt met de geschiedenis van de wereld te schrijven,
ik was nog niet ver gekomen, zoiets doe je toch niet zonder
vooruitbetaling. In plaats daarvan schrijf ik een dagboek, in het Perzisch alsof dat aan het begin zo gesproken werd, 20
ik verzin nog liever een nieuw woord dan dat ik een woord
gebruik dat uit een andere taal gekomen is.
Ik schrijf gedichten in de taal die ik spreek omdat er daarin nog bijna geen gedichten geschreven zijn,
vandaag zou ik willen zijn wie kon zeggen dat hij de
volgende tien jaar niets wil doen behalve talen leren die er allang zijn. In welke taal ik schrijf maakt niet uit, als ik ongeveer krijg waarom ik vraag,
als ik ongeveer aankom waar ik heen wilde toen ik op straat
vroeg waarheen ik moest lopen. Ghalib, je bent niet de enige die kan schrijven,
ze zeggen je dat er lang geleden ook iemand was die Mir
heette. Mir, zeggen ze, liep midden in de nacht op straat en kon niet meer verder;
het had ook stil kunnen blijven terwijl hij in een kamer van
de ene hoek naar de andere heen en weer liep.
21
Ghalib en Hafiz
De Perzische dichters zijn stil en Ghalib komt schreeuwend binnen,
om te zeggen dat zijn gedichten er zo aankomen, kijk, daar
zijn ze al. De regels waaraan Perzisch zich houdt en hoe het gezicht van Perzisch zich naar iemand toe draait,
die zijn in hem, zo diep als het gaat.
De tuin van Adam is een kleine tuin, een paar stappen lang en breed,
dat is de tuin waarin Hafiz staat als het donker geworden is
en hij ergens heen wilde gaan. Ik laat mij vastbinden aan een boom, zodat ik de tuin niet als een schip daarheen stuur
als ik jouw stem ergens hoor.
Had ik gedacht dat de tuin leeg was, dat er geen dieren meer in rondliepen?
Dit zijn de dieren die elkaar bij hun naam kunnen roepen,
alleen hun kinderen zijn Adam achternagestuurd. Als de tuin verdeeld wordt kan ik er niet in blijven wachten, ook niet in mijn deel,
want dat is alleen maar een deel op papier.
Zeg maar als eerste welk deel jij wilt hebben, daar is geen rechter bij nodig,
lang nadat wij alles verdeeld hebben kan ik terugkomen en
zeggen: je weet niet wie ik ben, maar ik heb mij vroeger in je tuin 22
verstopt.
Ik help je kinderen hun gedichten te schrijven,
daarna mogen zij een brandend schip vouwen van het papier
en jou uitleggen hoe zij dat gedaan hebben. In een kamer van het huis van Hafiz staat een schip klaar,
voor wanneer land en water bij elkaar teruggekomen zijn.
Ghalib heeft ook zo’n schip, de kinderen van een vriend hebben die voor hem gemaakt,
en niet voor zo’n grote dag, maar voor een heel kleine.
23
Plan
Ik voer elke keer hetzelfde plan uit,
van tevoren had ik kunnen bedenken dat ik zou verliezen
wat mij het liefste was als er niet zou gebeuren wat ik niet kon laten gebeuren. Wie het van mij afgenomen heeft schrikt wakker in een droom en geeft het mij terug,
en geeft er nog meer bij, voor de tijd dat het van hem was,
hoewel hij het niet aangeraakt heeft. Omdat zij nog nooit een olifant gezien hebben rennen zij weg als ik het doek wegtrek waaronder die verborgen is,
als dat misgegaan was had ik nog een ander plan en nog een,
want maar één plan hebben is zoals met een olifant op reis gaan. Als een olifant niet verder wil in een richting knielt hij in die richting,
zoals de olifant die van India droomt en nog in zijn droom
daarheen begint te rennen. Ik wil vooruitsturen aan wie alles gebeurd is wat ik kan bedenken,
voordat hij weggaat wil ik hem alles vertellen wat ik weet.
Ik vraag iemand anders te blijven wachten waar ik hem kan roepen,
zodat ik hem wie al op weg is achterna kan sturen als ik mij
nog iets herinner. Als ik van verlangen niet kan slapen nodig ik iemand uit die hetzelfde verlangen al langer heeft, 24
dan kan ik van tevoren zien of wat ik nog kan leren ergens
goed voor is.
Het is weer zo ver gekomen dat ik moet gaan zoeken naar iemand om mee te spreken,
tegenover elkaar, daarna naast elkaar bij het water.
Ghalib, ik heb iemand nodig die zoals jij klinkt, het is zo ver gekomen, alsof ik er niets aan kan doen
dat ik weer naar iemand moet zoeken, alsof dat iets is wat ik
nog kan gaan doen.
25
Vraag en antwoord, zo doen we dat
Ghalib is al honderd jaar dood, dat zie je toch meteen,
maar ik herinner mij nog hoe snel hij was, de ene vraag na
de andere. Als Ghalib mocht kiezen of hij een man of een vrouw had willen zijn,
zou hij zeggen dat je alleen maar een arm om hem heen
hoeft te slaan. Sta alsjeblieft nog een keer onverwacht voor mijn deur,
ik zal niet doen alsof ik verbaasd ben.
Ik heb veel tijd nodig om mij te herinneren
wanneer je zei dat wij toch altijd bij elkaar zouden blijven.
Het was midden op een avond, midden in de zomer,
net voordat het langzaam begon donker te worden.
We hadden tegen elkaar gesproken en ik was naar buiten gelopen
en jij achter mij aan en toen zijn we samen gaan wandelen.
Ik verlang naar je omdat je de enige bent die mij kan zeggen dat ik mij vergist heb, ik heb nog iets over;
ik schrik er niet van als je mij zegt dat ik mijn antwoord een
moment mag heroverwegen. We hebben nauwelijks gemerkt dat Ghalib dood is,
hij was al zo moe, al deed hij alsof hij niet moe was.
Ik wil zoveel mogelijk weten over de vroegere minnaars; 26
ze lijken niet eens op elkaar, Ghalib, ga je proberen meer als
de een of als de ander te zijn?
Teveel, zoveel
Wat wil je nu, dat ik zeg dat ik weinig van jou weet,
gelijk heb je, een oog en een hals, zoveel meer weet ik niet.
De uren dat ik niet kon slapen, niet omdat ik naar iemand verlangde,
maar omdat ik bang was voor wat te weinig is.
Ik ben te oud om in een optocht te lopen, zelfs als we met ons tweeën zijn,
een is het begin en een het einde, ik sta telkens stil.
De vogel hoog in de lucht, wat heeft hij aan veren, vleugels, waar kan hij ze inleveren,
bij de roos die niet tegen zo veel avond kan, Ghalib legt ze
daarnaast neer, op de donkere aarde.
27
In de woestijn
Dat is werk dat bij mij past, een muur dwars door de woestijn bouwen,
niet om iemand tegen te houden, maar als de overgebleven
muur van een huis. Ik sta voor de berg Sinaï,
bang alsof ik iemand zie, de zakken van zijn jas vol geld, die
zegt dat ik bij hem kan lenen. Hij staat daar, geld uit te lenen, aan wie nergens anders heen kan,
je hebt gelijk, Ghalib, als hij werkelijk alleen was zou
niemand hem kunnen zien. Toen ik net uit Egypte weggegaan was en niet wist hoe verder
kreeg ik een deel van de wet vooruit, de regels van de dag
dat ik niets mag maken. Wie geen kind was toen hij uit Egypte wegging wordt oud in de woestijn,
loopt terug naar Egypte als hij zijn kinderen een voor een
omarmd heeft.
28
Vuur
Wat doorgaat, zodat ik er terug naar kan, het gaat niet altijd door, eigenlijk duurt het maar kort,
maar ik kan ook niet zo lang blijven lopen waar niemand is.
Dit is voor wie van mij gehoord heeft dat ik niet zonder kan,
een vuur brandt, ver weg, een teken dat iets er weer is, een
boom die in brand gestoken is. De lege plaats beweegt niet, maar omdat de anderen steeds ergens anders gaan staan
verdwijnt de plaats hier en verschijnt daar, alsof hij beweegt.
Het kleinste wat ik kan zeggen wordt een net van verlangen
om de opgejaagde lege plaats in te vangen.
Ik zou brand kunnen roepen, afwachten in welke richting zij beginnen te rennen
en dan in de omgekeerde richting kunnen gaan, een groot
vuur achter mij, mijn schaduw voor mij uit lopend.
29
In de woestijn
Ik loop door de woestijn omdat ik toch ergens heen moet;
ik zag mist toen ik wakker werd, mist in de woestijn – heb je
ooit zoiets gezien? Als de joden door de woestijn lopen,
wie gooit er stenen naar hen?
Iemand loopt door de woestijn
die zo gek is dat hij denkt dat als hij terug kan gaan hij nog
een andere kant op kan gaan. De woestijn is zo smal, er is nauwelijks plaats om langs elkaar heen te lopen, verlangt.
30
voor mij en een ander die ook niet kan krijgen waar hij naar
Verschil
De anderen gingen ’s nachts in haast weg,
maar ik ging ’s avonds weg en liep ver voor hen uit de
woestijn in. Ik wilde die halve dag niet opgeven als ik er niet iets voor terug zou krijgen,
mijn voorsprong werd alleen maar groter, ik wist toch waar
zij heen zouden gaan. Toen ik aankwam bij de berg Sinaï werd het avond, de schaduwen kregen meer kleuren dan van wat ze zijn,
’s nachts zag ik een vuur hoog op de berg, alsof een man
daar iets verbrandde. Tussen wat ik gezien heb en wat ik samen gezien heb met wie ik er later over kan spreken,
of tussen wat ik eerst alleen gezien heb en daarna kom ik
terug met een ander om het samen te zien, welk verschil is groter?
31
Wat is jouw naam ook alweer, de enige die geen plannen heeft als het avond wordt?
Je herinnert je toen je mij alleen door de woestijn verder wilde laten gaan,
dat was toen ik zei dat ik je niet liet gaan voordat je
terugnam wat je gezegd had. Iemand kan niet terugnemen wat hij gezegd heeft als er niemand anders bij hem is,
dat is wat iemand zegt die dichtbij is, hij heeft zijn laatste
kleren al aan. Hij kan niet stoppen met luisteren naar wat hij zegt, alsof hij zich hoort toen het nog anders kon,
het beste wat hij kan doen is een paar woorden overslaan en
ergens verderop weer doorgaan. Dit is wat Ghalib zegt over wie zijn gedichten opzegt,
op een manier die niet door Ghalib gekozen is en ook niet
door wie opzegt, maar door wie mee-opzegt. Je spreekt met een ander, je zegt dat dat jouw naam is,
ik vraag of je iets wil eten, want misschien ben je een die
geen licht geeft om de avond niet te verstoren. Je gaat aan tafel zitten, vraagt of iemand een gedicht kent, laat iedereen het begin mee-opzeggen en zegt het einde alleen uit,
wat ik moeilijker vind, iemand staat voor de deur en wil
meteen eten, alsof hij anders nooit iets krijgt.
32
Op reis naar India
De reis blijft van hem als iemand mij met zijn koffers in zijn plaats laat gaan,
Ghalib is te eerlijk om hem halverwege iets af te nemen.
Het verbaasde mij toen ik het voor het eerst hoorde, maar daarna niet meer,
dat ik erachter kwam dat de wereld rond was toen ik naar
India op reis was. ’s Nachts leek mijn schip minder klein,
in het midden van zo veel water, de zeilen vol van de wind
naar India. Ik schrijf dit als ik zo ver weg ben dat het nieuws dat ik terugstuur
niet aankomt voordat niemand meer weet wie ik ben.
Ghalib, heb je weer een dag moeten wennen
aan het idee dat de sterren die je ’s nachts ziet er misschien
allang niet meer zijn?
33
Een grap van Ghalib
Kijk, een cirkel op mijn huid waar mijn hart is,
ze zeggen dat ik als God ben omdat ik met een pen in mijn
hand volmaakte cirkels teken. Als de pen sneller beweegt kan ik tegelijk mijn hand zwaarder maken,
mijn lichaam beweegt niet meer zo snel als ik wil als ik
iemand wil nadoen, daarom moet ik lichter worden. Als een engel beweegt, beweegt de lucht om hem heen niet mee,
het geluid dat een engel maakt is dat van mijn pen op het
papier. Of ik nog iemand kan worden die rustig blijft met waar hij maar weinig van heeft,
die schrijft als met de laatste rest inkt, van sommige letters
alleen de afdruk van de pen op het papier. Ghalib, als je nergens meer op hoopt,
waarom sta je daar dan nog te wachten als een arme in zijn
kleren van papier?
34
Afspreken
Als je met mij over vroeger wil spreken
wil ik afspreken bij een café aan de rand van de stad, ook als
het te koud is staan daar altijd tafeltjes buiten. Maak je geen zorgen, ik laat je niet wachten,
als je er al bent zie je mij uit de verte aankomen, de hemel
achter mijn hoofd, wij hadden ook bij een lege bushalte kunnen afspreken. Ik wil overal op je staan wachten,
als het maar niet zo is dat ik al mijn voorraden om mij heen
kan zien liggen en er niets meer bij komt. Wij hebben helemaal niet afgesproken elkaar hier te ontmoeten,
maar ik kijk in alle richtingen of je misschien vroeger komt
dan verwacht. Ik schrik ervan als ik merk om hoe weinig je vraagt
en toch zeker bent dat je het van mij niet kan krijgen, daar
kan ik toch niets aan doen. Wat we kunnen afspreken en wat we niet kunnen afspreken,
want als een van ons zich er niet aan houdt kan de ander er
toch niets over zeggen. Is hier waar God met Mozes afgesproken heeft, hoe moet ik dat weten,
had een van de twee beloofd iets mee te brengen wat ze
daarna vergaten en hier lieten liggen? 35
Een grap van God
Ik moet doen alsof ik een vriend van lang geleden ben, dan word ik meteen binnengelaten,
zoals ik wil dat de eerste die mij de uren liet tellen tot ik
haar weer kon zien niet voor de deur hoeft blijven wachten. Dat heb ik tegen iedereen gezegd die je tegen zou kunnen houden,
en je hoeft niets voor mij mee te brengen, want wat kun je
mij geven die alles al heeft. Als ik vandaag doodga mogen ze mijn lichaam verbranden of begraven,
in het water als het een dag geregend heeft.
Wil je echt dat ik zeg hoe ik het liefst begraven wil worden,
wat dacht je van op mijn rug liggend in een vol bad?
Weet je hoeveel ik geschreven heb? Koffers vol!
Zo heb ik uitgerekend wanneer ik dood zou gaan, door te
tellen wat ik geschreven heb. Ik maak een kleine scheur in de kleren waarin ik begraven wil worden
en als ik doodga hoop ik dat het de enige kleren zijn die ik
nog heb. Ik loop voorzichtig waar ik denk dat je gelopen hebt,
kijk of ik je voetstappen in het gras zie, of ik kan raden waar
je stil bleef staan. Ik kijk of ik kleren zie liggen die je een voor een uitgetrokken zou 36
kunnen hebben,
alsof je naar je bed liep, zoals ik het je had kunnen leren,
want je zei dat je van iedereen wilde leren.
Voor wie zou ik verder nieuwe kleren nodig hebben?
Niet voor de engel die zich half in het gras verbergt als ik
eraan kom. Ik wil niet ver van hier doodgaan, waar ik begraven word alsof ik nooit iets gehad heb,
maar als ik niet de uren kan aftellen tot iemand komt word
ik liever ver van hier naar de deur gebracht. Dit is een grap van God, wat ik terug kan doen daarvoor:
als ik doodga doe ik dat waar niemand weet wie ik ben, zo
heeft God een oplossing voor hoe arm ik ben. Kijk wat God meegebracht heeft,
als wat een oude hond binnengebracht heeft, denkt hij dat ik
er dankbaar voor ben? Ghalib krijgt niet wat hij verdient, dat heeft hij God lang geleden al gezegd,
het is goed om je te herinneren, Ghalib, dat je ooit een God
had. Ghalib, jouw gedichten hebben zo weinig dat alleen God en jij er geduld voor hebben,
als jullie bij elkaar kunnen zitten en erover spreken, zo lang
als je leven lang is.
37
Ik weet genoeg voor een roman
Wat wij kunnen doen als wij alles wat moeilijk is gedaan hebben,
maar dat kan ik nu toch al doen, iets zeggen en hopen dat ik
tegengesproken word? Wij proberen een punt te vinden waar iets en iets anders een moment lang hetzelfde lijken,
en dan zeg ik dat ik vergeten ben waar dat was, zou jij niet
een teken op de vloer of een van de muren zetten waar het was? Het is makkelijker als waar ik vandaan kom niet meer bestaat,
daar kan ik anderen laten rondlopen en ik weet genoeg om
ze niet steeds weer tegen muren op te laten lopen. Of ik makkelijker adem als ik terugdenk aan wat telkens meer wordt,
in plaats van verlangen naar zo snel mogelijk gegeven willen
hebben wat ik nog heb van wat ik kon geven. Je komt naar mij toe en wij lezen elkaar voor: eerst uit een roman, dan geschiedenis, dan gedichten,
dan een gedicht als een grap die niemand trots maakt.
Ik ga in de tuin zitten, jij blijft in het huis,
als je hoort dat ik moeilijk adem kom je naar buiten en pakt
mijn hand vast, je andere hand streelt over mijn hoofd. Ik zou dit graag bespreken met iemand die er iets van af weet,
zoals in de hemel, niet waar de doden zijn, maar in de lege
lucht. 38
Als ik niet weet hoe iets moet doe ik het liever zelf
dan iemand anders later te horen zeggen dat wat ik vroeg te
moeilijk was.
Mag ik nog een keer zien hoe jij het doet,
in ruil zal ik zeggen dat de schaduw van naar wie je verlangt
nog daar is, tussen de bomen aan de rand van het veld.
39
Iets op de grond stukgooien
Als iemand een kleine vergissing gemaakt heeft
zijn we meteen al vergeten dat hij niet gewonnen heeft, goed
dan, we kijken nog even hoe hij daar zit. Ja, je kunt denken dat je zo gemakkelijk kunt winnen,
alsof je de enige bent die wil winnen.
Ik heb nog een paar seconden over als ik over de finish kom, genoeg om mijn armen in de lucht te steken,
en wat krijg ik dan, wat heeft de vorige gekregen?
Al is het een vreemde manier om te winnen als ik daarna minder heb dan ik had,
je zegt: het is geen wedstrijd, het is jouw feestje.
Een kleine vergissing, als een kleine scheur in mijn kleren,
die verder uit kan scheuren, in de kleren die ik nog
dagenlang aanhoud. Elke keer dat ik een vergissing maak, wat gebeurt er dan?
Ik zeg dat ik dit keer zo weinig mogelijk verkeerd wil doen,
dan moet ik wel erg veel weten.
40
Achter de deur
Weet je wie voor de deur staat, een van de joden die in haast uit Egypte weggingen,
dat komt ervan als je alles zo snel mogelijk wilt doen en je
bent niet erg snel. Ik bedenk van wie ik wil horen, spring op en ben blij dat niemand mij zien kan,
ik weet niet hoe lang je er al stond toen ik omkeek en je in
de deuropening zag staan. Je komt bij mij op bezoek en ik doe de deur voor je open,
in de kleren van iemand die deuren open en dicht doet in je
huis. Nog een truc, mij tussen de deur en de muur verbergen als de deur naar binnen opengaat,
je komt binnen en kunt mij niet vinden.
Een manier om mij binnen te laten: je doet de deur open en ik loop naar binnen,
ga ergens op de grond zitten, je hoeft niets te zeggen.
Hoe ik weet dat jij het beste bent wat ik ooit had,
omdat ik weet dat je dichterbij komt als je nog ver weg bent,
ik kan alvast achter de deur gaan zitten. Mijn werkplaats vol met deuren,
ik wil er niet een verkopen want dan komt die terecht waar
hij de enige is. 41
Ik had net geleerd dat de kans dat iets ergens is niet afhangt van wat ik denk,
nu moet ik weer begrijpen dat als ik mijn keuze verander ik
die kans groter maak.
Als ik hoor schreeuwen kan ik ook schreeuwen
De honden springen op en neer en schreeuwen als iemand voorbijloopt, dat is hun werk,
zij schreeuwen als zij horen schreeuwen, dat is hun werk.
Nog een keer schreeuwen als weer dezelfde voorbijloopt,
hem achternarennen als het hek openstaat, of ben je zo je
vorige werk verloren? Een hond gaat van tuin naar tuin, of er werk voor hem is,
maar hij kan niet zeggen dat hij dat ooit eerder gedaan heeft.
Schreeuw maar, niemand hoort je toch,
dát is wat je zegt tegen jezelf?
Dit is er een die goed is in wat hij doet,
42
hij schreeuwt één keer, dat is alles wat hij hoeft te doen.
Kleren
Wat ik te weten gekomen ben door je kleren te wassen en op te vouwen,
ze lijken zo klein, hoewel jij niet veel kleiner dan ik bent.
Van wie heb ik dat geleerd, de kleren binnenstebuiten doen voordat ik ze was?
Jij doet ze altijd zo uit, als ik mijn kleren binnenstebuiten
terugvind weet ik dat jij ze aangehad hebt. Zie je wel dat er niets gebeurd is, alleen zijn je kleren in tweeën gescheurd,
maar ik hang ze zo weer over je heen, je moet alleen niet
bewegen. Kom mij ophalen, vandaag nog, ik weet niet wat ik hier doe,
doe je mooie kleren aan zodat niemand je tegenhoudt.
43
Moeilijk, mogelijk
Vandaag is een dag om precies te doen zoals anderen, opstaan en gaan zitten wanneer zij dat doen;
het is niet erg als ze zien dat ik ze nadoe, ze weten dat ik
later begonnen ben. Ik hoef geen uitleg, maar misschien kunnen ze mij zeggen waar ze daarna heen gaan;
denk ik dat er een dag komt, ook als het de laatste dag is, dat
ik nog eens op tijd ergens mee begin? Vandaag heb ik goed nieuws gehoord, er komt een dag dat niemand hoeft te blijven,
dat is voor altijd mijn dag, ik ben benieuwd wie als laatste
tegen mij zegt dat hij weggaat. We zijn vergeten je te feliciteren, je hebt vandaag goed nieuws gehad,
wat je zelf niet wilt doorvertellen, maar het is mogelijk
erover te weten te komen. Dat door muren heen lopen, eerst was het moeilijk, maar het wordt steeds makkelijker,
niemand gelooft het toch, ik ben er zo slecht in dat ze
denken dat de muur niet echt is. De kleren die ik aanheb,
ik zou niet nog meer kunnen lijken op iemand die op reis is,
maar als hij wil is hij in een dag weer terug. Ik probeer nog een keer uit wat voor anderen makkelijk is, maar voor 44
mij moeilijk,
ik doe niet alsof, het is echt moeilijk, de eerste keer zag ik
niet hoe het mogelijk was.
Ik weet altijd genoeg redenen om bij mij weg te gaan, kan er moeilijk boos om zijn,
ik moet er boos om zijn, maar je legt niet beter uit waarom,
dat is raad geven in plaats van helpen. Ik heb om hulp geschreeuwd, geglimlacht, kan mij niet herinneren dat ik je uitgezwaaid heb;
waarom ik het moeilijk vind om iets te doen, omdat ik
voordat ik iets doe het een keer niet in het echt wil doen. Maar dat is toch iets waar ik het koud van krijg, niet warmer;
maar dat is toch iets waar ik moeilijker van ga ademen, niet
makkelijker. Ik kom aanrennen en zeg: ik kan helpen om de dag langer te maken, dat is eerst niet moeilijk, daarna onmogelijk;
daar is de zon verdwenen, daar verder is hij nog, ren achter
mij aan.
45
Weggeven
Misschien geeft iemand er nog iets voor,
als hij een belachelijk lage prijs noemt voor alles bij elkaar,
kan ik het altijd nog weggeven. Als iemand het alleen gratis wil hebben en het niet eens wil ophalen kan ik het hem brengen,
of ik kan hier op straat blijven wachten
en het weggeven alsof ik mijn ogen dichthoud en de
stem van een ander hoor dan wie voor mij staat. Ik heb geleerd op straat te zitten en te verkopen
wat voor mij toch niets meer waard is omdat ik slecht nieuws
gehad heb,
omdat jij het goede nieuws wilde bewaren voor
wanneer ik vrijgeviger kon zijn. Als ik zie hoe iemand iets van mij wil krijgen vind ik het moeilijk het niet te geven,
ik doe alsof het niets waard is, alsof dat maakt dat ik doordat
ik het weggegeven heb
niet slechter voorsta als ik moet beginnen met
onderhandelen. Ik wil graag betalen voor dat niemand kan zien dat als ik de kans krijg
ik nieuws zou willen krijgen van zo ver weg dat ik er nooit
zal kunnen komen,
het is niet als iets kopen, maar als belasting betalen.
Het is te laat voor mij om nog zo te leren dansen dat mij goed nieuws 46
toegeschreeuwd wordt,
op een dag dans je voor mij, niet om mij te laten zien wat je
geleerd hebt.
Vorig jaar waren we met ons drieën
Iets en iets anders elkaar laten afwisselen om het over twee tegelijk te hebben,
daarna merken dat niet meer nodig is dan dat iets
herinneren aan het andere laat denken. Het is onmogelijk om het over iets te hebben en over niets anders,
het moeilijke is het over het ene en het andere tegelijk te
hebben en dat vol te houden. Als mij iets niet goed lukt probeer ik tegelijk iets anders te doen;
ik ben met zoveel tegelijk bezig dat ik niet merk hoe
langzaam mijn hand beweegt als ik iemand een hand wil geven. Ik weet niet of iets mij lukt voordat ik het af heb;
misschien heb ik eerder iets gedaan wat er op lijkt, maar ik
kan mij dat niet meer stap voor stap herinneren. Vorig jaar waren wij met ons drieën, nu ben ik alleen over,
het is opgehouden te regenen, maar als de wind voorbijkomt
vallen er druppels uit bomen. Vorig jaar maakten twee samen ontbijt voor mij,
als het ochtend werd kwam de een naar beneden, van hoog
in de lucht, en de ander klom uit haar gat in de grond. Als het avond werd, de een daar, de ander daar, elk op haar plaats hoog in de lucht,
als twee die aan hetzelfde denken en dit hardop zeggen. 47
Hoe het gaat
Ik weet hoe dit gaat, de vorige keer heb ik niet op tijd een oplossing gevonden,
maar als ik nog een keer kan proberen kan ik sneller
meedenken met wat er gebeurt – het helpt om veel te weten. Ik wacht tot ik zoveel weet dat ik kan besluiten, en als er later iets nieuws bekend wordt,
ik niet nóg een keer kan besluiten, dán moet een ander het
doen. Naar meer dan een tegelijk verlangen, zoveel dat ik niet meer weet wie wie is
en alleen een naam durf te roepen als ze allemaal bij elkaar
staan. Ik zie een die glimlacht, alsof er honderden klaarstaan tussen wie ik kan kiezen,
wat kan ik voor altijd geven aan wie ik niet kies, hun moet
toch iets beloofd worden? Als ik ze geteld hebt, hoeveel minder maakt dat ik een andere beslissing wil nemen,
en als één minder, hoeveel keer?
Ik zou iemand willen zien naar wie ik verlangde en met wie ik nooit gesproken heb,
dat was soms elke dag een ander.
Als een van hen voor mij stond maar mij niets uitlegde zou ik mij niet 48
eens herinneren dat ik die eerder gezien had,
als ik nog maar twee minuten had zou je mij dat dan komen
uitleggen?
Je weet niet meer wie ik ben?
Ik weet niet eens of ik ooit iemand beloofd heb dat niet te
vergeten. Dat is een grap, dat ik naar de een verlang en dan naar de ander, zoals zo vaak al,
en inslaap terwijl ik denk aan de een aan de ene kant, tegen
mij aan, en de ander aan de andere, allebei stil. Ik draai mij toch honderd keer om voordat ik inslaap,
wat moeten zij dan doen, met mij meedraaien?
Ik weet niet meer hoe ik tegelijk met anderen moet bewegen,
kleiner maken wat te groot is, groter maken wat te klein is
tot wij allemaal tegelijk bewegen. Als ik koning was had ik iemand die maakte waar ik naar zou kunnen verlangen;
één dag per jaar zou hij mijn plaats innemen, maar ik niet
die van hem. Hij begint of eindigt de dag met kiezen en als hij wil kan hij ook wachten met kiezen,
waartussen hij kan kiezen blijft zoals het is, wat kan ik hem
verder aanbieden? Op de laatste dag beslist God tussen ons tweeën,
wie van ons nog moet doen wat in de rest van die dag nog
kan. 49
Ben ik blij dat ik vandaag weer tussen die en die kan kiezen in plaats van enkel tussen ja en nee? heeft.
Ghalib, hoe meer iemand weet hoe meer uitleg hij nodig
Storm
De muren van het huis diep in de grond te laten beginnen,
om hoog te kunnen bouwen, om de storm van ver weg aan
te kunnen zien komen. Het geld is op, daarom is het bouwen gestopt, een storm komt over het water, daarom is het bouwen gestopt,
er zijn touwen gespannen van het dak naar de grond, als bij
een tent. Een storm komt over het water naar het huis aan zee dat nog niet af is,
dat nog geen dak heeft of nog niet alle muren, misschien
blijft er meer van over als de wind erdoorheen kan. De bouwvakkers staan in een café zonder stoelen,
drink maar op, wat overblijft wordt achtergelaten, of wil ik
ergens zitten wachten totdat de buren mij te drinken komen brengen. Of de roeispaan over mijn schouder is om wat zwaar is los te maken van wat licht is?
Ik steek de roeispaan in de grond als een boom in de zachte
wind die over het water naar mij toe komt. Het licht van de zon wordt zwakker hoe dieper het komt, maar vlak voordat het de bodem van de zee bereikt
maakt het alles waarop het valt alsof het meer kan
teruggeven dan het kreeg.
50
Hoeveel verdiepingen en een plat dak om op te slapen als de nacht kalm is en de lucht in het huis nog steeds warm,
een storm in de tuin, ik huilend van boom naar boom.
Hoeveel verdiepingen, steeds hoger,
om de bergen te zien en de zee, steeds meer voor de prijs van
één, Ghalib, jij bent de specialist in de prijs van één.
51
Ghalib en Mohammed
God vraagt twee engelen Adam te maken van klei, de aarde vraagt haar niets af te nemen,
de engelen willen niets nemen wat zij hun niet wil geven,
God vraagt de engel van de dood Adam te maken. De aarde vraagt Mohammed of zij niet kan geven wat zij eerder niet wilde geven,
want zij houdt het niet uit dat de ene na de andere dode
bewegingsloos in haar begint met wachten. Een engel omringd door klokken zodat hij weet hoe laat het is waar ik ben,
zegt: ik kan je een voorstel doen, als een verkoper die mag
verkopen alsof het van hem is. Als hij spreekt hoor ik waar hij vandaan komt,
hoewel hij heeft geoefend door zijn woorden zo lang als hij
kon in zijn mond te houden in het donker. Er is iemand die vrijheid brengt als hij komt,
maar die is geen engel, en hij weet niet wanneer hij mag
komen. Als iemand niet kan lezen en schrijven
kan hij toch geen gedicht bedenken alsof er vanaf het begin
aan verbeterd is. Als je mij aankijkt terwijl ik lees 52
kan ik je gedicht toch niet verbeteren.
Je zegt dat ik moet lezen en je geeft mij niets te lezen, alsof de eerste regel de laatste is,
en ik weet hoe de laatste regel moet eindigen, en die mee-
opzeg met wie die voor het eerst voorleest. Hoe het is om de laatste te zijn, dat weet alleen Mohammed,
tot ik de laatste ben op de dag dat ik iedereen voor laat gaan.
53
Vrij
Waar is iedereen gebleven, zo-even stonden we hier nog met duizenden en duizenden,
van wat we kregen, heeft iedereen zijn deel meegenomen?
Hoe is dan berekend welk deel van mij is,
of is mijn deel dat ik vrij ben van een verplichting?
Ik was vergeten hoe iemand die zich verstopt had zich weer vrij kon maken,
door te rennen naar waar iemand zijn ogen dichthield
voordat hij begon met zoeken, of ben ik nu te vrij? Ik doe telkens een stap terug, vandaag of morgen kom ik waar ik niet eerder was,
waar ik nu ben heb ik het laatste wat ik had niet eens nodig,
kan ik het bewaren. Is dit alles wat ik kan? Als je mij vijf minuten geeft
kan ik er misschien nog iets bij leren.
Over iets nadenken alsof het vijf minuten geleden is,
of vijf minuten later, zo op weg naar vrijheid.
Ik wist de weg niet eens naar de gevangenis, ik was daar nooit aangekomen
als de gevangenen niet bij de ingang waren gaan staan en
mij het laatste stuk de weg hadden gewezen. Ze schreeuwen er de hele dag, als het er stil was zou ik er kunnen 54
blijven,
als ik het niet moeilijker maak door te denken aan wat ik
niet meer kan omdat ik nu niet vrij ben.
Hier of daar
Ik moet mij uitkleden om te laten zien dat ik niet in de ene wereld bedacht heb wat ik in de andere wil doen,
soms moet ik dagen in een rij staan, met alle anderen die de
ene of de andere wereld binnen willen gaan,
het gaat langzaam, soms wordt het nacht en gaan
felle lampen aan. Het zijn kinderen die zeggen wie er door mag en wie niet,
ze weten niet waar ze op moeten letten,
wie aan de beurt is laten ze naar links, naar rechts
buigen, op één been staan. Snel nog iets leren zodat ik in de andere wereld niet alleen het werk kan krijgen dat niemand anders wil,
maar rond kan lopen en zeggen dat ik kan repareren wat
kapot is,
anders zouden zij langer dan een dag moeten reizen
om het naar iemand te brengen die het kan repareren. Ik ken iemand die je blij maakt als je hem iets te repareren geeft,
en niet het gereedschap waarzonder anderen niet eens
zouden beginnen,
misschien een klein stuk touw, heb je daar iets aan?
Breng mij tot leven, zet mij in een stoel – ik sta op en ga lopen;
op straat word ik nageschreeuwd: raap je spullen bij elkaar,
bind er een touw omheen.
55
Ook goed
Een kale vlakte vol apen, een voor een teruggebracht door wie ze gekocht had,
die eerst zijn geld terug wilde hebben, daarna iets anders,
ten slotte vond hij het ook goed als hij de aap kon achterlaten. Daar zit de aap die ik nadeed toen ik op een aap wilde lijken, die daar achteraan, dat was mijn aap,
hij kijkt mij aan alsof hij nog weet wie ik ben en hij zich
afvraagt wat ik met hem gedaan heb. Een aap een koffer geven, hem laten weten dat hij op reis gaat, kijken wat hij inpakt,
hem laten weten dat hij hier misschien niet meer terugkomt,
kijken hoe hij is met wat hij niet meeneemt. Ik weet dat ik je zojuist gevraagd heb mij de weg te wijzen en ik daarna in die richting weggelopen ben
en weer teruggekomen ben en je nu de weg vraag naar
ergens anders. Als ik iemand gevonden heb die mij iets kan uitleggen
vraag ik hem mij iets anders uit te leggen, kijken wat ervan
overblijft. Kan hij het aan Ghalib zeggen, ik lees het morgen dan wel,
omdat voor Ghalib zo veel duidelijk genoeg is dat hij meteen
denkt dat hij het kan gebruiken om iets anders te begrijpen.
56
Hé, er is een verschil tussen de kans achteraf en de kans van tevoren; oh, wil je zeggen dat je een experiment gedaan hebt? Als er nog een wereld zou zijn, zou ik mijn experimenten daar kunnen doen,
het is al genoeg als ik geen reden weet waarom iets daar zou
zijn en niet hier. In India woont een dronken man die pas een stap doet als hij vergeten is waarheen zijn vorige stap ging,
hoe ver komt hij weg van waar hij begon?
Naar wie is het oneerlijk, ik wil plotseling alles van iets weten
als mij verteld is dat ik er niets meer aan kan doen?
Als je meer tijd nodig hebt om te zeggen hoe iets te maken
dan om het te bewaren, wat weet je er dan over?
Ghalib wil dat soort dingen weten,
omdat hij om geld speelt als hij haast heeft zijn schulden af
te betalen.
57
Woorden
Ik koop boeken die ik nog wil lezen, voor als ik het huis niet uit kan,
toen ik jong was lukte het mij niet een boek te bewaren
zonder het te lezen. Als je een zin leest en denkt dat het de eerste keer is dat dat woord zo gebruikt is,
kan je mij die zin dan sturen, of misschien het boek waar die
in staat? Ik probeer te raden van welke woorden je later nog zult weten waar ze over gaan,
die leg ik bij elkaar om te kijken wat ik daarmee nog kan
doen. Ik koop nooit één boek, altijd dozen tegelijk, het liefst alle boeken die iemand had;
nee, ik ben geen verzamelaar, dat ben ik ook nooit geweest,
ik wil alleen maar veel van iets hebben.
58
En wat we dan doen
Ik zal achteraf niet plotseling zeggen dat het in het echt was,
alsof de afspraak was dat ik alleen maar betaald word als ik
het in het echt doe. Je zou kunnen voorstellen dat wat ik van dan tot dan zeg niets uitmaakt,
behalve als jij zegt dat het wel iets uitmaakt en ik daarmee
akkoord ga. Ik heb uitgevonden waarmee ik iets kan doen,
en het gaat ook zonder, daar ben ik meteen daarna achter
gekomen, niet slecht! Waar het goed voor is?
Iemand zal er later belasting over laten betalen.
Je moet zelf te weten komen wat ik zou moeten weten
om te kunnen zeggen wat je moet doen, ik kan zeggen waar
ik langer naar zou willen kijken als ik je zou kunnen zien. Hé, ik betaal je twee cent per uur,
dan mag je wel ophouden te zeggen dat je dom en bedroefd
bent. Ik verander iedere dag wat ik beloofd had te maken,
iedere dag kan iemand het op komen halen, dat zie ik dan
wel weer. Weet je, daar ben ik niet erg goed in;
niet om mijzelf te verdedigen, maar ik ben nog nooit iemand
tegengekomen die daar goed in was.
59
Mooie jongen
De mooie jongen zijn die je glas volschenkt, is dat mijn werk?
Het is geen belediging als je zonder mij aan te kijken naar
mij schreeuwt dat je de bodem van je glas niet wilt zien. Als ik nauwelijks aangekeken word als ik naar binnen ga waar ik oud genoeg voor moet zijn
kan ik niet meer zeggen dat ik een jongen ben.
Het is makkelijk te zien als ik zeg wat ik zelf niet geloof,
dan raak ik met een vinger mijn gezicht aan, alsof daar
ergens een opening is. Een mooie jongen keek je na,
je hoefde niet eens om te kijken, iemand vertelde je dat veel
later. Wat nodig is om naar een gezicht te laten kijken,
terwijl het van gedachten verandert, als het licht eroverheen
valt. De ene keer is het genoeg, de andere keer is veel meer nodig,
dat is nog steeds moeilijk om over na te denken.
Ik denk niet dat ik ooit mooi genoeg was om te wachten tot het ochtend werd,
naast waar iemand lag, ik liep weg voordat iemand kwam
kijken of hij er nog was. Je zegt dat er zoveel even mooi als ik geweest zijn, 60
op deze ochtend die al begonnen is.
Toen Ghalib het gezicht had van een man die vol van liefde een moment stilstaat
voordat hij verder loopt waar geen huizen meer zijn,
dacht hij een middag na of hij niet beter in een
fabriek in Engeland kon gaan werken. Ach Ghalib, je kunt zo mooi over je schouder terugkijken,
alsof je iets wilt vragen en het niet doet, maar even wacht
voordat je wegloopt.
61
Abraham en twee engelen
De zon hoog in de lucht, God en twee engelen komen op bezoek bij Abraham,
eten wat hij in haast voor hen klaarmaakt.
Een van de twee engelen is Jezus, de ander wil net als Jezus door de straten van Jeruzalem mogen lopen;
een van de twee engelen ruilt van plaats met Isaak, op de top
van de berg. Een van de twee engelen houdt Jakob een hele nacht lang vast, als het niet telt;
als het ochtend wordt loopt hij weg, Jakob ziet dat hij niet
sneller kan lopen.
62
Welke berg
Ik heb een paar uur geslapen, midden op de dag,
en het is die ene dag waarop het mogelijk is dat hiervoor
niets gebeurd is en hierna niets meer gebeurt. Zeg mij maar welke berg het is, als het de enige berg is wordt het niet moeilijk,
wanneer het moeilijk is de enige te zijn, hoog op de berg.
Gaat de afspraak nog door, je zou mij aanwijzen waar ik heen moet, waar ik kan doen waar jij om vroeg,
ik doe wat je zegt totdat een ander komt.
Ik zit aan een tafel voor het raam en zie een berg, dan moet het die zijn,
en ik probeer die niet uit het oog te verliezen als ik buiten
loop. Makkelijk te zien dat het deze moet zijn, er staat maar één boom, moet ik die omhakken voor brandhout,
maar dan is er geen schaduw meer op deze hoge plaats.
63
Abraham en Isaak
Ik moet kiezen, als ik niet wil kiezen heb ik ook gekozen,
of dacht ik dat er daarna nog iemand kwam die mijn plaats
wilde innemen zodat ik ergens anders heen kon gaan? Als Isaak met zijn vader op weg gaat is hij een kind,
en tegelijk zo oud dat niemand verbaasd zou zijn als hij niet
meer terug zou komen. Hij is nog nooit ergens alleen heen gegaan, zijn vader heeft beloofd hem dit nog te leren,
en hoe hij kan onderhandelen als hij niets heeft om aan te
bieden. Bliksem en regen op een warme dag, als excuus vooraf;
zelfs op een warme dag heb ik graag iets aan, oude kleren
vol gaten. Ghalib, ik denk dat ik nu zie hoe wij bij dood aan kunnen komen; kijken.
64
jij en ik, als we er vroeg zijn kunnen we er een tijd lang naar
Abraham
Abraham verontschuldigt zich, hij wil nog iets zeggen en weet dat hij dit niet elke dag kan doen,
en dat als hij na zijn verontschuldigingen niets meer zegt het
ook telt. Als hij wil kan hij hier een nacht blijven,
dat is het soort aanbod waar Abraham gebruik van kan
maken om om iets anders te vragen. Abraham krijgt dat hij altijd méér van alles krijgt,
hij kan er ook om vragen, maar dat is maar een spel.
Abrahams schuldeisers kunnen alles verkopen wat van hem is,
dan gaat hij wel door als iemand die door zijn vrouw en kind
betaald wordt, niet voor wat hij doet, maar per dag. Alles wat hij maakt kan verkocht worden, ook als hij zegt dat het nog niet af is,
je zou denken dat het steeds minder goed zou worden, maar
dat wordt het niet. Er komt een dag dat ik de wereld verhuur, zoals Abraham,
een oude man met een witte muts op zijn hoofd, twee grote
cirkels achter hem op de muur. Dit is Abraham die van hoog op een berg naar beneden gelopen is,
want hij lijkt een oude man die denkt dat iemand alleen
maar naar zijn verontschuldigingen wil luisteren omdat hij een koning is. 65
Wat Rachel met haar lachen doet, doet Lea met haar tranen
Paarse en gele bloemen langs de weg,
daarachter hoge bergen,
dat is allemaal nog Rachel?
Je mag haar niet naakt zien,
maar je mag haar betasten, er is niets verkeerds aan
dat je wilt weten wat je krijgt. Met allemaal trouwen,
zoals Jakob die gewerkt heeft
voor één dochter en ze allemaal krijgt;
hij doet alsof het niet zo is,
maar hij kan nog herkennen
wie Rachel is en wie Lea als zij zonder geluid te maken op hem af komen.
66
Jozef
Jozef is zo mooi dat hij zijn goede raad drie keer moet herhalen voordat iemand luistert,
hij wil niet meer nadenken waarover hij ook goede raad had
kunnen geven. Als Farao iets nodig heeft neemt hij het toch af van een eerdere Farao,
die overdag in de zon ligt en ’s nachts in een gouden zee?
Jozef trouwt met nog een dochter van Farao,
Farao zegt dat hij niet elke keer dat hij met een van hen
spreekt meteen met haar hoeft te trouwen. Jozef zit aan een tafel met de drie beste minnaars van de wereld,
de ober zegt dat hij wijn brengt aan de vier beste minnaars
van de wereld. Jozef zegt dat de ober zo trots kan zijn als hij wil,
maar de anderen betalen hun vrouwen, zijn vrouwen vragen
niet eens naar zijn prijs. Als hij met iemand spreekt hoeft hij nergens anders heen,
de ober vraagt hoe een gesprek met hem dan ooit eindigt.
Een gesprek eindigt als een van ons zich een gedicht van Ghalib herinnert en opzegt,
dan kan zelfs Jozef opstaan en weglopen.
67
Jozef
De helft van alle schoonheid gaat naar Jozef, de andere helft wordt verdeeld over de rest van de wereld;
dit is mijn lente, niemand kan mij vertellen hoe mijn herfst
is, als ik kleren maak van bladeren. Elk hemd dat hij aangehad heeft krijgt de geur van wat niet teruggekocht kan worden,
elk van zijn broers koopt een paar schoenen voor het geld
dat zij kregen toen zij Jozef verkochten. Hoe mooi Jozef ook is,
hij wordt in haast verkocht, voor weinig geld, elke keer weer.
Hoe moet ik je dat uitleggen als jij je niet kan herinneren hoe iets te veel was om van jou te zijn,
maar in plaats van het weg te geven wilde je er nog iets aan
verdienen. Jozef weet veel over kleren, je kunt hem vragen of je kleren je staan,
als je wilt komt hij met je mee naar een winkel, om je te
helpen nieuwe kleren uit te zoeken. Als Jozef zijn hemd uittrekt om aan zijn broers te geven
brengt de wind de geur naar de oude man in Kanaän, alsof
het hemd op zijn gezicht gelegd wordt. De geur van één hemd maakt dat Jakob niet meer kan ademen, en hij wil ze allemaal hebben; 68
één is zoveel waard als allemaal, zo kan ik de berekeningen
toch niet laten kloppen.
Of ik mijn kleren zou willen hebben? Ja, ik zou ze allemaal willen hebben.
Hoe ik er naakt uitzie, als ik iets mocht kiezen om van
tevoren te weten. Ik heb mijn beste kleren aan maar niet voor jou, ook niet voor iemand anders;
herinner je het je nog, iedereen liep weg en wij twee bleven
achter.
69
Jozef en Jezus
Jozef zegt alleen maar dat hij iets gedroomd heeft,
weet hij geen betere droom te bedenken dan dat de zon en
de maan en de sterren om hem heen staan? Als Jozef slaapt en twee joden komen voorbij tillen zij hem op en dragen hem de woestijn in,
de volgende keer dat zij uit Egypte weggaan.
Als ik loop zijn mijn voeten luider, misschien ben ik zwaarder geworden,
ik kan een nieuwe vloer kopen, met geld dat ik verdiend heb
en terug wilde geven, maar ze wilden het niet meer hebben. Het is mijn eigen bloed, als ik wil dat er niets meer van te zien is moet ik niet te hard wrijven,
want dan maak ik gaten in mijn kleren of in de vloer voor
mijn voeten. Jezus weegt zoveel dat hij met elke stap bijna door de wereld heen zakt,
Jozef is zo licht dat iemand zijn kleren vastpakt als hij met
hem wil praten. Jezus wordt verkocht voor een hogere prijs dan Jozef,
maar hij is niet mooier dan Jozef, toen Jozef een kind was
hoorde hij hierover spreken.
70
Een glas voor iedereen
Heb je het laatste nieuws al gehoord,
de Egyptenaren zijn uit Egypte weggegaan, om de joden
voor te zijn. Waarom hij alleen is,
omdat niemand hem wil zien zoals hij is, uit angst het niet te
kunnen vergeten. Ik ben nergens goed voor maar als duidelijk is dat ik bij hem blijf
hoeft een ander niet bang te zijn de laatste te zijn die
weggaat. Alsof weer iets anders afgelopen is dan hoe iedereen denkt dat ik wilde,
ik kom binnen en iedereen is stil.
Een glas voor iedereen, omdat ik wegga, mag dat niet meer?
Is het verboden om allemaal samen te drinken als iemand
weggaat, kan dat verboden worden? Er is geen reden weg te gaan,
behalve dat ik gehoord had dat ik weg mocht gaan.
In een droom wordt mij gevraagd een toespraak te houden –
goed, als ik meteen daarna weg mag.
In de tuin van iemand die er niet is, ik kan zitten waar ik wil,
in de schaduw hoewel de lucht bewolkt is. 71
Uit Egypte weggaan
Schitterende uniformen, trompetten en trommels,
en wat hebben we ermee gedaan, in de oorlog hebben we ze
gestuurd. Met zo’n leger hadden we uit Egypte kunnen weggaan
en een dag later aan de andere kant van de woestijn uit
kunnen komen, alsof daar niet duizenden idioten in de weg lopen. Een generaal komt binnen, laat hem doen wat hij voorstelt en je kunt straks een grote overwinning vieren,
als je blijft wachten denk ik dat het straks niet meer kan.
Als je het nu doet zal het plotseling zo zijn alsof alles waar je bang voor was voor je uit vluchtte,
een weg voor je vrijmaakte, je hoefde er alleen maar
achteraan te lopen. Ik heb gehad wat jij nooit hebt gehad,
en ik weet dat ik het nooit meer terug kan krijgen, hoe graag
ik het ook wil, dat maakt het anders. Dit is jouw huis, je zal ergens hier ook doodgaan,
zoals iemand tegen Mozes zegt als het avond wordt in de
woestijn. Ik wilde dat ik je iets kon aanbieden, zoals zeggen dat je terug kunt gaan naar Egypte, 72
zoals Mozes nog niet zegt, maar hij oefent het als hij alleen is.
Als we dicht genoeg bij elkaar kunnen blijven
kunnen we als een leger het paradijs binnengaan.
Als wij iemand zien nemen we hem gevangen en vragen om een losgeld,
zo veel dat het alle grond bedekt waar wij op staan, zo hoog
als hij met zijn hand kan reiken. Een van de joden begraaft al zijn geld voordat hij uit Egypte weggaat,
en elke ochtend, als de anderen al verdergaan, begraaft hij
wat hij heeft behalve de kleren die hij aanheeft. Ik blijf in Egypte, weet dat ik wie vannacht weggaan nooit meer zal terugzien,
maar misschien kunnen zij mij brieven schrijven als zij een
plaats gevonden hebben om een nacht te blijven?
73
Niets is van mij voor lange tijd
Ik leen aan anderen, en met hen aan weer anderen, het is niet alleen maar doorgeven,
er gebeurt altijd te veel tegelijk om te kunnen zeggen waar
de winst gemaakt wordt. Of ik vergeten heb hoeveel beslissingen van mij zijn als ik zo vrij als mogelijk wil zijn,
maar ik ben vrij omdat ik die uitleen aan wie er winst mee
wil maken. Als iemand voor mij gestaan heeft om om geld te vragen vraag ik zijn schaduw niet om rente,
maar om een deel van de winst, nooit om een deel van
verlies. Een aap die pijltjes gooit naar de beurspagina in de krant wordt sneller rijk dan ik,
als de aap verkeerd beslist heeft telt hij niet na wat hij
verloren heeft, met het excuus dat hij er anders niets van leert. Spiegels brengen het licht naar het papier waarop de boekhouder rekent,
als hij een vergissing maakt betaalt hij een kleine boete.
Van papier en touw maak ik een vlieger die ik verkoop om van de winst een papegaai te kopen,
de boekhouder kan niet uitleggen hoe het werkt, ook niet
met de papegaai op zijn schouder die rekenen leert in plaats van spreken. 74
Ik doe een deur open als iemand van hier naar daar wil en er snel aan komt,
en een deur als iemand van daar naar hier wil en er
langzaam aan komt. Zo maak ik het verschil tussen hier en daar groter, dat is winst, maar niet echt,
want ik moet meerekenen hoeveel ik verlies om te kunnen
zeggen hoe snel iemand eraan komt. Wat soms op mij afkomt en soms ver weg blijft,
ik vergeet het niet maar denk misschien dat het niet van mij
is. Is het minder als ik mij iets moet herinneren om ernaar te verlangen
dan als ik niet verlang naar wat ik mij herinner, maar de
seconden tel tot ik het weer kan zien?
75
Geld verdienen
Ik heb nooit langer dan een dag met grasmaaien mijn geld kunnen verdienen,
hoewel ik gehoord heb dat daar veel geld mee te verdienen
is, zoals ook met de krant rondbrengen,
ik zou bang worden dat ik later zoveel zou verdienen
dat ik in één dag evenveel zou verdienen als toen in een jaar. Als ik niet vertel waarom ik vandaag gefeliciteerd kan worden, hoe kan het dan geraden worden,
ik kan het beter in de krant zetten en die zelf rondbrengen,
want de bezorgers hebben zoveel verdiend dat zij niet
meer zo vroeg op willen staan. Zeg ik ’s ochtends niet eens meer gedag? Als ik dat niet wil moet ik mij ook niet laten zien;
ik moet niet zeggen dat het is om geld te verdienen, ik zie
geen hoed om geld in te gooien. Ik heb jarenlang mijn geld verdiend door te zoeken naar vogels waarover ik niet gelezen heb,
die ik met mij meeneem als ik in een schip naar huis ga.
Midden in de oceaan komt de kapitein mij zeggen dat het schip in brand staat,
ik mag alleen meenemen wat ik in mijn handen kan
vasthouden. Ik kan iets tien keer zo groot maken, als het grootste schip dat ooit gebouwd is, 76
dan kan niets hetzelfde maar groter blijven en het wordt
makkelijker te zien of ergens een vergissing gemaakt is.
Als ik in de reddingsboot zit zie ik een van de vogels verdrinken,
ik til hem in mijn handen uit het water, moet ik hem nu
teruggooien? Er is geen betere manier om te kijken naar wat er hoog boven de aarde maar even is,
dan op mijn rug liggend in een kleine boot in het midden
van de oceaan. Als jij mij niet meer wilt zien mag ik het erg vinden als ik er ook nog geld aan verlies;
als ik door een woestijn loop heb ik altijd mijn zakken vol
met geld,
want ik zou iemand tegen kunnen komen die van mij
wil lenen. Om de een te betalen leen ik bij de ander, en op een dag vraag ik mij af waarom ze dat zelf niet kunnen doen,
steeds grotere bedragen van de een naar de ander brengen
en weer terug,
telkens meer vanwege rentes en boetes, daar is geld
aan te verdienen. Ghalib gaat dood en heeft zijn schulden niet betaald,
behalve als meegeteld wordt dat hij zijn schuldeisers de raad
had gegeven hem in leven te houden.
77
Later kun je zeggen dat je hem de hand geschud hebt
Als ik denk dat ik de eerste ben die weet dat het zomer wordt of avond,
wat weet ik dan dat ik moet verkopen?
Maar als de prijs gedaald is en ik denk dat die verder zal dalen,
wil ik niet alles verkopen.
Ik wilde verkopen wat ik niet had,
omdat ik dacht dat de prijs zou dalen.
Als ik meer geleend heb dan ik ooit terug kan betalen,
komt er een dag dat ze mij een voorstel doen.
Ghalib heeft meer verloren dan wie ook,
als ik een kind in de hoek van dezelfde kamer zag staan zou
ik hem bij de hand nemen om hem zijn hand te laten schudden.
78
Ver weg
Als ik genoeg weet kan ik zonder muziek ver weg,
ik zou erin geloven als ik geen muziek hoorde ver weg,
bovendien ken ik de muziek. Wie lang bij mij gebleven is
laat mij nu alleen – ik hoor het niet, maar anderen horen het
aan de muziek ver weg. Omdat ik mij herinner hoe het was weet ik een manier om je te laten blijven,
zeg dat je iets graag wilt hebben, dan moet ik het je geven.
Wie moet wie dankbaar zijn dat wie om wie blijft draaien,
alsof ik niet weet dat alles om alles ronddraait, steeds verder
weg. Je leest een gedicht en vraagt hoeveel ik er geschreven heb,
zo ver weg dat ik het niet kan horen wordt evenveel goud
geteld. Van Ghalib weet ik dat hij een prachtig gedicht geschreven heeft,
ik zou een paar jaar later wel willen zien wat hij nog meer
geschreven heeft.
79
Ghalib, aan het werk
Opschepper, je hebt helemaal niet zo veel werk, het is avond en je doet geen licht aan,
als dat je werk is, hoe slecht kan je erin zijn?
Als ik met mijn werk klaar ben krijg ik meer werk,
daarom werk ik zo langzaam als mogelijk, maar zij duwen
mij naar voren en zeggen: doe je werk. Je ziet het mij doen en je gaat mij uitleggen hoe ik het beter kan doen,
misschien wilde ik het doen zonder het goed te hoeven
doen. Ik vind het niet erg dat de hele tijd aanwijzingen naar mij geschreeuwd worden die ik niet kan opvolgen,
omdat ik niet snel genoeg ben en ook als ik beter begrijp wat
te doen word ik alleen maar langzamer. Als ik mij meer herinner dan ik ooit deed mag ik gaan staan waar het te smal is om langs mij heen te lopen,
of in het midden van een vlakte, links en rechts lopen ze
langs mij heen, zo langzaam mag ik zijn. Ghalib, wie was je leraar? Je noemt een naam die niemand kent.
Later geef je toe dat je hem verzonnen had, toen je niet
durfde zeggen hoe je schrijven geleerd had. Het meest onzinnige wat er ooit gebeurd is,
ze vragen aan Ghalib of hij ook verzonnen heeft van wie hij
verlangen geleerd heeft. 80
Ik heb al zo veel aanwijzingen gehad en ik denk dat ik er geen meer krijg,
Ghalib kijkt alsof hij een aanwijzing krijgt zoals hij die
vroeger kreeg, midden in een reeks aanwijzingen, die hem naar zijn werk brachten.
81
Ghalib en zijn carrière
Ghalib besluit carrière te maken in dienst van de Engelse koningin,
niet in haar leger, hoewel zijn grootvader nog een rij
soldaten stil maakte door op zijn paard naar hen toe te rijden. Misschien als een ambtenaar die door zijn provincie rijdt met twee tenten,
als hij ’s ochtends vroeg voor de eerste tent zit is de tweede
al onderweg naar waar hij ’s avonds zal zijn. Als tenminste één grote dichter in het Engels geschreven heeft kan Ghalib die taal makkelijk leren,
stuur hem een boek van zijn gedichten, vertaald naar het
Perzisch, zodat hij de vertalingen kan verbeteren. De koningin hoeft niet ongerust te zijn, hij heeft nagedacht hoe hij een lange carrière kan hebben,
Ghalib wil meer weten over wie de een na beste en wie de
beste dichter van Engeland zijn die nog in leven zijn. De een na beste dichter van Engeland loopt zijn huis uit als het donker is geworden en blijft lopen,
als het ochtend geworden is zegt hij waar hij woont en
vraagt in welke richting dat is. De beste dichter van Engeland krijgt elke dag tientallen brieven van rozenkwekers,
omdat hij hun gevraagd heeft hem te vertellen als zij iets
zagen wat zij nooit eerder gezien hebben. 82
Ghalib wil ook brieven naar hem schrijven en zijn vragen beantwoorden,
maar waarover, wil hij weten hoe de bloemen eruitzagen in
het paradijs? Hij wordt een tuinman die rozen wil verzorgen totdat ze rood zijn,
als het ’s nachts koud wordt brengt hij de bloemen naar
binnen. De andere ambtenaren klagen als zij aan het einde van een jaar een verslag moeten schrijven,
maar Ghalib schrijft de hele dag door brieven aan zijn
koningin omdat hij alles wil vertellen wat hij besloten heeft.
83
Oefenen
Hoe kom ik van hier naar waar gewacht wordt totdat ik verderga?
Hard oefenen!
Weet je, een zin aan het einde van een brief waarin ik bedelde
kan ik gebruiken midden in een gedicht.
Zou je mij iets kunnen geven, maar niet om mij eerder te geven
wat je mij toch zou geven.
Als je mij een vergelijking kunt geven zoals alleen Ghalib die kan maken,
als een oefening voor iets anders, ik zou op straat gaan
zitten en oefenen.
84
Nog een engel die elke dag werkt
Voordat iemand geboren wordt komt een engel en brengt hem tot leven,
als het de engel weer niet lukt zet hij het dode lichaam
schuin tegen een van de muren waartussen hij zijn werk doet. Zoals ik in een droom flauwval, met mijn hoofd tegen een muur,
en zo blijf staan, tussen rechtop en knielen in.
Toen hij begon en hoorde dat hij nooit een vrije dag zou hebben,
vroeg God hem hoe ver van hem af hij wilde dat de muren
zouden zijn. Gelukkig zei hij dat hij wilde dat ze verder weg waren dan de sterren;
zeg jij maar tot hoe ver, als je zegt tot hier weet ik niet wat je
bedoelt.
85
Wil je dit horen
Je vraagt mij om geld en als ik het je gegeven heb en verder loop
ren je achter mij aan om mij je naam te zeggen, als op een
dag iets moeilijk is kan ik je om hulp vragen. Ik probeer te raden om hoeveel ik kan vragen,
ik heb geleerd dat het beter is om een voorstel te doen.
In het rond draaien en met mijn armen zwaaien alsof ik leer dansen,
als ik ook nog eens denk aan hoe ik iets ga zeggen terwijl ik
dans, dan moet ik lachen. Ik houd mijn ogen dicht terwijl ik langzaam in het rond draai, straks ga ik raden in welke richting ik sta,
als de veilingmeester dit als een bod wil begrijpen kan het
nooit een hoog bod zijn. Ik heb gehoord dat alles wat vandaag verkocht wordt
afgenomen is van wie zijn schulden niet kon betalen.
Ghalib wil altijd over nieuwe manieren horen om iets te verkopen op een veiling,
zoals wanneer de een na hoogste bieder nog iets aan de
hoogste bieder moet betalen.
86
Water
Er is genoeg water in de buurt van mijn huis
om elke dag ergens te zitten waar ik lange tijd niet geweest
ben. Een stoet komt over de rivier voorbij, schip na schip, bijna helemaal boven het water uit,
zo wil ik wel ergens heen gebracht worden.
Jij hebt je beroep gemaakt van huilen omdat iemand doodgegaan is en jij niets krijgt,
het is tenminste duidelijk wat je verkoopt.
Als ik over donker water weggebracht word,
sta je langs de oever, stil als ik voorbijkom.
87
En wat gaan we dan doen? Zou ik dat op de muur kunnen schrijven?
Ik leer schrijven door met mijn vinger de vorm van de letters na te voelen,
ik ken die letters al, maar wil zo nog wel een keer leren
schrijven. Ik sta op een bed en schrijf op de muur,
spring op het bed op en neer om de woorden waarmee ik wil
beginnen zo hoog mogelijk op de muur te schrijven. De maan in de lucht als een letter uit een doos letters,
als ik misschien geen tijd meer heb om schrijven te leren.
Als het te donker is om het papier te zien en ik geen licht wil maken
88
schrijf ik steeds grotere letters, ver uit elkaar.
Hoe iemand weer heel gemaakt wordt
Ik verander in een dier dat geslacht wordt
door van wie de andere hand vastgehouden wordt door wie
die dag nog niet kon komen. Als niemand meer vlees zou eten gaat het toch door,
wie mag slachten neemt een dier in huis om te slachten als
hij kan. De dieren staan in keukens, dicht bij de geur van eten,
of zij leunen tegen een muur die wit is, grijs in de schaduw.
Als iemand langzaam is staat hij in een leeg huis,
schrijft op een muur en veegt het weer uit met de mouw van
zijn hemd.
89
Vlak voor een muur staan om vragen te stellen
Ik wilde dat elke vraag die mij gesteld werd bestond uit verschillende delen,
niet als een muur van dezelfde stenen die op elkaar gelegd
zijn. Omdat mij vandaag geen andere vraag gesteld is,
of geen vraag in delen, waarvan elk verder opgedeeld kon
worden, wat ik zelf mocht doen. De aarde is vlakbij en ze kunnen vanuit de hemel zien wanneer het daar nacht wordt,
in de hemel slaapt Mozes elke nacht in een ander huis
zonder muren. Ik kan niet zeggen hoe ver weg dit of dat is,
ik wilde dat ik een muur had die er zo uitzag, omdat het
helpt iets anders net zo te zien. Ik word langzaam beter in mij herinneren hoe de lucht boven mijn hoofd eruitziet,
90
elke keer dat ik meer vrij word, omdat iets kan.
Onderzocht en bevestigd
Misschien kan ik beter mijn baard laten staan als een Assyrische koning,
met een brede baard, trillende wenkbrauwen, wimpers,
lippen. Een vrouw met een pasgeboren kind
kan van een uiteinde van het koninkrijk naar het andere
lopen, zo machtig is de koning. De koning van Assyrië jaagt op leeuwen die in kooien naar een veld worden gebracht,
ik houd omhoog wat ik wil laten zien, mijn hoofd aan het
haar omhoog, het is de moeite waard! De met pijlen doorboorde leeuwen liggen op de grond,
op hun rug of op hun zij, en houden zichzelf vast door hun
voorpoten om zich heen te slaan. Ik las ergens dat een man zonder baard dom was, daarom heb ik een valse baard op mijn gezicht geplakt,
te lang om in te slapen als ik in bed lag, daarom heb ik de
helft weggebrand.
91
Genoeg
Ik heb niet meer gezien van wie zei dat als hij een tweede leven had dat mijn leven was;
ik wilde dat ik meer gezien had van wie voor zichzelf
ochtend maakte, mijn ochtend zei. Hij kan zijn eigen huis bouwen, dag of nacht maakt hij pas als het huis klaar is;
zijn benen uit elkaar, een hand op elke knie, zo zit hij op een
stoel in de deuropening, er is geen deur, hij weet niet hoe hij er een kan maken. Wat net zo goed niet van mij zou hoeven zijn, zou iemand anders het willen hebben?
De laatste zon van de dag is genoeg voor mij, winst en
verlies is genoeg voor mij. Ik doe mijn hemd uit in de schaduw van een hoge boom, toch schijnt de zon hier niet vaak;
een groot schip zien en een nog groter schip vlak daarachter,
als dát een schip is, wat is dát dan? Het is avond, dus ik denk aan de avond die ik al gemaakt heb, mag ik weg, ik hoef hier nog niet te zijn.
Het komt zelden, geluk zonder pijn, als ik erbij mag zijn is
dat genoeg voor mij.
92
Spiegels
Schaduw over schaduw als hand op hand in de schaduw van een boom,
als gezicht op gezicht in een spiegel.
Alles bedekken met spiegels,
zo kan je niets meer kwijtraken, als je meteen kijkt kun je je
waar je ook staat wel ergens zien. Sterren en wolken in een spiegel,
laten we zo nog duizend jaar weggooien.
Die zag ik al zo lang aankomen dat ik hoopte dat die snel verder zou gaan,
maar die bleef een tijd lang stil bij mij.
93
Ghalib en Jezus
Als zij zouden merken dat een andere man zijn plaats ingenomen had, zouden zij Jezus gaan zoeken,
de andere man zouden zij vrijlaten, maar zij kruisigen eerst
de andere man. Jezus reist door Perzië naar India, in een dorp aan zee gaat hij niet meer verder,
hij wordt niet geslagen, maar hij heeft honger en hij heeft
het koud als hij langs de zee loopt. Het is niet makkelijk je mooi te maken, je bent zo klein en smal,
ik wil je nog wel een tweede en laatste keer naar zee brengen
om naar de lage golven te kijken. Kleine kinderen die al te dik zijn om zonder hulp op te staan,
maar beloof ze iets wat ze echt willen en ze rennen over het
strand langs de zee. In een droom hoor ik een stem die mij zegt dat ik spoedig terug zal gaan, het schip ligt al klaar,
ik moet naakt gaan lopen tot ik bij de zee aan zal komen.
Misschien ligt er een stuk hout op het strand waarop ik kan gaan zitten en met mijn handen roeien,
om langzaam door stil water te varen, geen golven behalve
die ik zelf maak. Ik werk aan een verontschuldiging, voor meer dan een verkeerde beslissing tegelijk, zoals Jezus, 94
het spijt mij dat ik je glas half leeggedronken heb en daarna
ook de andere helft.
Alsof ik gisteren iets bedacht had en ik ben het papier kwijtgeraakt waarop ik het geschreven had,
het dier dat overgeslagen was door de slager at het dier dat
het papier opgegeten had. De lippen van Jezus bewegen, maar zonder geluid, voor iemand anders ademen, dat was de truc van Jezus,
Ghalib kan dat ook, daarom wordt hij zo vaak geroepen.
95
Excuus
Als jij plotseling wilt vergelijken, tussen jou en mij, maar wat zijn vijf cent tussen jou en mij,
als het over geld gaat word ik altijd bang, is dat mijn excuus?
Ik dacht dat je niet zo arm was, maar nu zie ik
dat je écht arm bent, mijn excuses.
Vandaag maak ik de woorden zo kalm als mogelijk,
dan is er geen excuus meer als ze in huilen laten uitbarsten,
ze zouden rijk zijn als ze wat ze gekregen hebben konden verkopen. Dat er al een wereld is, is dat mijn excuus om er niet een te maken,
en let op dat ik niet zeg: mogen verlangen – dat is toch niet
iets wat mag of niet mag. Ik weet wat het excuus is om dit te doen en heb het niet nodig,
vandaag kan ik dit doen omdat het het enige is waar ik naar
verlang. Ik ben weer eens de verkeerde kant op gelopen,
en ik ben weer eens een dag te vroeg aangekomen, wat is
mijn excuus? We hadden elkaar zo veel verschillende dagen voorgesteld,
al geef ik toe dat ik degene ben die het laatste wat we
afgesproken hadden vergeten heeft.
96
De oude man met de hond
De oude man met een hond zegt: ik zal je een vraag stellen,
kun je mij zeggen wat voor hond hij is?
Wij staan op straat, het is koud en de zon schijnt. De man zegt dat hij naar huis terug wil.
Hij zegt dat hij nooit iemand zoals wie hij ooit naast mij zag
lopen bij zich weg zou laten gaan. Waar ben ik nu, bij het mij koud voelen omdat ik ril,
of bij waar het een en het ander er nog niet helemaal zijn en
toch elkaar zoeken? Of ik iemand voorbij heb zien lopen? Met een hoed op zijn hoofd?
Een oude man? Nee, die heb ik niet voorbij zien lopen.
Een oude man loopt elke dag langs de plaats waar wie lang bij hem bleef ja tegen hem zei,
om iets van de lucht in te ademen,
zo makkelijk ben ik te hebben.
97
Iets anders
Toen ik een kind was had ik kunnen doen alsof ik sliep naast wie ik liefhad,
misschien had ik later minder nachten nodig gehad om te
leren hoe. Wat ik allemaal niet had moeten doen toen ik een kind was, had ik toen niets anders te doen,
ik heb elke nacht geprobeerd te bedenken hoe het zou zijn
als ik iemand liefhad, is dat niet genoeg? Als ik kan zeggen dat ik zo langzaam ben dat ik altijd te laat kom, dan heb ik iets,
als ik kan zeggen dat het meer voorbeelden zijn dan nodig
kan ik er één terugnemen. Mijn vader zei dat het hielp aan iets te denken waar ik lang naar kon kijken,
bijvoorbeeld een zeilschip op het water, of kies maar uit waar
ik lang naar kon kijken. Poëzie is het maken van betekenis, niet van iets anders,
elke keer dat Ghalib een nieuwe betekenis bedenkt wil God
die met hem ruilen voor iets anders. Een gedicht brengt de dag dat besloten wordt dichterbij, een droom van een gedicht geeft een dag uitstel,
98
waar woorden iets betekenen zijn die van Ghalib de wet.
Is er nieuws?
Ik had iemand willen meebrengen die verder komt dan ik,
niet elke keer dat hij wil, maar vaak genoeg dat hij zich de
laatste keer kan herinneren alsof die net voorbij is. Ik had hem naar jou willen meenemen zodat hij zou zien dat er ook iets is wat ik niet snel opgeef,
of zodat jij dat zou zien, ik durf te laten zien hoe weinig ik
overheb. Ik wil je aan iemand voorstellen,
hij kan opgeven zoals ik niet kan, alsof wie wilde hebben
waarom ik vroeg iemand anders was. Je spreekt tegen mij alsof ik geen vreemde ben,
en de volgende nacht zeg je verbaasd dat ik er ook weer ben,
waar ben ik al die tijd geweest, je dacht dat ik niet meer wilde komen. Het is bijna ochtend, wil iemand een krant voor je kopen,
de jongen die op zijn fiets kranten bezorgt wil er vast een
verkopen als hij er genoeg voor terug krijgt. Als je om iets kleins vraagt mag ik het doen, maar als het belangrijk is hoor ik het pas later,
omdat ik nog steeds schrik als iets begint.
99
In het paradijs
Zo veel soorten fruit in het paradijs en bloemen die niet tegelijk bloeien,
maar ik heb de gezichten van doden gezien,
en gezien dat ze zijn zoals ze alleen zijn, maar met
minder om over te beslissen, niet meer. Zo beslissen twee die dood zijn of zij bij elkaar willen blijven,
zij gaan naar een vliegveld en drinken iets in een van de
cafés in de vertrekhal,
niemand let daar op hen en het is goed verlicht.
Als ik mij kan herinneren dat ik een dag voor een engel gewerkt heb
kan ik het paradijs binnen terwijl ik nog in leven ben
en ’s ochtends vroeg over straat lopen waar de
engelen wonen. De engelen worden bang als ze een paard zien dat pas gaat rennen als de race bijna afgelopen is,
omdat zij denken dat het twee mannen in één kostuum zijn,
maar, weet je, het is alsof de andere paarden op hem
wachten, alsof ze niet willen dat het al voorbij is. Een paard wil niet verder omdat hij iets ziet wat hem bang maakt,
ik moet niet gaan schreeuwen, want dan herinnert hij zich
het schreeuwen elke keer dat hij het opnieuw ziet,
ik kan beter afstappen, raden wat het paard bang
maakt en dat voorzichtig aanraken.
100
Ik weet, voor jou is het een belangrijke beslissing, kan ik je iets te drinken aanbieden,
zeg maar wat je wilt, hier hebben we bijna alles,
hier kan je niets voelen als je het niet lang geleden
geleerd hebt. Als je verkeerd beslist doe je het nog steeds niet slechter dan ik, ik weet niet waarvoor klaar in mijn beste kleren,
als ik niet een van twee kan kiezen, maar een van ik weet
niet hoeveel,
ik heb mijn beslissingen al uitgeschreven, wacht
alleen nog maar op over wie ik zo kan beslissen.
101
Weet je
De nacht is al bijna voorbij als ik naar bed ga,
je zou mij blij maken als je naar mij toe kwam terwijl ik mijn
ogen dichthield. Weet je, ik heb nog alles wat ik had, toen ik het kwam brengen was je nergens te vinden,
wat een overdreven manier om mij in de war te brengen, ik
die zelfs in het donker verdwaal. Als ik naar je toe kom, van je wegga, avond en ochtend, stiller als het ochtend is,
het beste aan het einde, we zijn er allebei steeds op vooruit
gegaan. De helft van mijn kleren heb ik over elkaar aangetrokken toen ik naar bed ging,
misschien kun je mij helpen die uit te trekken en de andere
kleren aan te doen. Ik weet niet veel van ergens heen gaan, maar koop kleren die ik nooit aan zal doen,
ik weet niet veel van jou, maar je zegt mij nog iets te
vertellen.
102
Welkom
’s Nachts zet de vogelhandelaar de kooien in een tuin,
dat zegt hij, maar hij zet de kooien op straat of in een hoek
van een leeg veld. De vogels in de kooien verwelkomen andere vogels in de tuin,
omdat zij de vogels in de kooien niets af willen nemen
spreken zij hen niet tegen en blijven de rest van de nacht bij hen. Aan het einde van een warme dag in een tuin gaan slapen of in een park,
ik beloof dat die er de volgende ochtend uitziet alsof er nooit
iemand in geslapen heeft. Ik word wakker op een bank in het park, midden op de dag – de zon is verdwenen en de lucht is grijs,
als er iets gebeurt en ik meer tijd nodig heb, wie geeft mij
die? Ik val in slaap als het middag is, aan tafel voor het open raam, mijn hoofd op mijn armen,
ik word wakker tussen de bloemblaadjes die naar binnen
gewaaid zijn. Hoe moet ik dit uitleggen aan de vogel die naar de tuin komt als het donker wordt,
de nieuwe afspraak was dat hij niet bleef slapen maar alleen
zou komen als hij vol was van verlangen.
103
Bloemen
Ik mag weg wanneer ik wil, hoef niets mee te nemen,
ook niet wat ik gekregen heb,
als ik bloemen gekregen heb mag ik zeggen: houd die
liever zelf, je bent daar beter in dan ik. Ik krijg een bos bloemen en vergeet ze in water te zetten,
draag ze naar een hoek van de tuin om ze daar neer te
leggen,
overal bloemblaadjes, alsof ik ze uitstrooi voor wie
achter mij aan loopt. Een vogel denkt dat een roos een vogel is,
die niet echt is, omdat een echte vogel nooit zo mooi is,
die daar neergezet is zodat hij naast haar gaat zitten.
Het enige wat de vogel kan doen is de bloem aan het lachen brengen,
als de kleinste jongen op dansles,
zijn gezicht bij de borsten van met wie hij danst.
Ik krijg geen bloemen als ik wegga,
ik krijg ze als ik aankom en houd ze vast,
een bos bloemen als ik voor een deur sta en iedereen
weet dat ik niets van bloemen weet. We zijn nog steeds waar we zijn,
gedichten schrijven is nog steeds hetzelfde,
wat zullen we afspreken, ons altijd volgens de laatste
mode blijven kleden? 104
Ik weet niets wat dieper is dan dat,
verder kan ik net zo goed praten over bloemen of iets anders
waar ik niets van af weet.
Vogels vliegen achtjes door de lucht, steeds hoger of lager, of schever,
alsof een dansleraar zegt: gebruik de vloer!
Ik reis ver weg om dit te vertellen, ik moet altijd de langste weg terug,
het enige wat niet verandert is hoe gedichten te schrijven,
ik droomde dat ik dit hoorde, ik had doof moeten
zijn om het niet te horen.
105
Over een jaar, op deze dag
Over een jaar, op deze dag, hoef ik niet te doen
alsof ik mijzelf geef wat ik wil krijgen, alsof ik het voor moet
doen. Niemand vraagt mij om iets, alsof ze raden dat ik er te veel voor terug wil,
ik kan ook een halve dag ver weg gaan en een halve dag
terugkomen. Ik betaal de helft en jij betaalt de helft, of jij betaalt dit en ik iets anders,
of ik betaal alles als jij niets meer hebt, maar ik heb liever dat
je dat niet zegt. De helft kreeg ik gisteren, de andere helft krijg ik vandaag,
of begreep ik gisteren niet dat dat de helft was?
Als mij gevraagd wordt te doen waar ik niet goed in ben,
kan ik vragen of ik halve tijd kan gaan werken, net uitkomen
met de helft van het loon. Als ik volgend jaar nog in leven ben op deze dag
hoop ik dat ik dan stil kan staan, precies waar iets ophoudt?
Heen en weer lopen, wat ik heb horen zeggen uitspreken,
hoe anders omgaan met verlangen naar hoe ik was?
Toen ik terug mocht omdat het stormde, wie ik mocht bedanken? 106
Ik hoefde nergens voor te betalen terwijl ik wachtte tot ik
terug kon.
Wat voor dag
Wat voor dag, wat voor avond is het,
omdat het zo lang licht blijft weet ik niet meer of het dag of
avond is. Als ik op bezoek ga blijf ik stil op straat wachten,
totdat iemand komt en vraagt of ik naar binnen wil.
Ik ben toch wie Perzië veroverd heeft
en in India dacht dat hij bij het einde van de wereld
aangekomen was? Ghalib krijgt de krant uit Perzië,
als er verbazend nieuws is hoeft hij de straat niet op te
rennen.
107
Omdat Ghalib wat is?
Omdat je de koning van Perzië bent
sta je in een ommuurde tuin waarin alle bloemen groeien
die er zijn. Als je merkt dat er een bloem mist
moet je het land gaan veroveren waar die bloem groeit, nog
zo’n overwinning. Omdat je koning van heel India bent mag je wachten in de schaduw van de muur van een huis,
als de zon zo hoog staat dat er bijna geen schaduw meer is.
Hoe je India veroverd hebt? Je deed alsof je aanviel en daarna deed je alsof je je terugtrok,
en daarna gaf je een teken aan je verborgen reserves.
Je denkt erover dienst te nemen in het Engelse leger,
er is geen ander leger in de buurt, je kunt daar leren hoe zij
het doen en later voor jezelf beginnen. Ghalib, ben je niet bang dat ze je meteen generaal zullen maken,
108
en dan moet je toch ten minste een paar dagen blijven.
Ghalib, wil je weten hoe India bestuurd wordt?
Een man loopt bijna naakt heen en weer in zijn kantoor,
hij gaat zitten als hij weer een beslissing op kan schrijven.
Aan het begin van de middag is hij klaar voor de dag en kan hij iets anders gaan doen,
toen hij een kind was wist hij al alles wat hij moest weten om
India te besturen. Hij wordt bang als hij denkt dat hij zich niet beter zou voelen
als alles wat hij zou kunnen voorstellen al gedaan zou zijn,
wil je weten hoe hij doodgaat? Misschien wil je eerst weten hoe hij liefheeft?
Hij denkt dat als er meer zoals zij geweest zouden zijn de
aarde allang als de hemel geworden was. De vogels in zijn tuin volgen de dokter die hem verteld heeft dat hij doodgaat
van boom naar boom als hij door de tuin heen en weer
loopt.
109
De koning als het al donker is
Geef mij iets wat niet elk moment kan ophouden,
muziek die niet maakt dat ik terug wil.
Toen ik voor het eerst muziek hoorde dacht ik dat één stuk muziek genoeg moest zijn,
nu wacht ik met naar muziek te luisteren totdat het op een
andere manier kan dan ik mij herinner. Je vraagt mij om muziek voor je te maken,
ik vraag of ik op het dak van het paleis mag wachten tot het
avond wordt. Het dak van het paleis is hoger dan alle andere daken,
als ik daar heen en weer loop kan niemand zien hoe ik voor
alles wat ik doe zoveel tijd nodig heb. Dit is een avond die ik cadeau krijg,
ik hoef niets te doen behalve dat wat alleen ik kan doen.
Toen ik koning was dacht ik dat het voor één dag was,
dat het op zou houden nog voordat het begon donker te
worden, het was toch al duidelijk dat het straks avond werd. Ik hoor in mijn hoofd waar ik naar wilde luisteren,
ik dacht dat het al begonnen was maar het is nog steeds stil.
Het maakt mij bang hoe snel ik vergeet wie er bij mij is,
je bent stil en als je begint te praten denk ik dat je al de hele
tijd sprak. 110
Ik sta voor je deur als het al donker is,
morgen zal ik niet meer koning zijn, wil ik dat je nog snel
iets voor mij doet? Ik zit op jouw bed, het enige in je huis wat hoger dan de vloer is,
ik vraag je om wat ik zelf gezegd heb dat ik niet meer wil,
dat je iemand terugroept om mee te spreken. Een jongen komt die als hij hardop droomt zo mooi is als Jozef,
en ik zeg: nee, niet die jongen, de oude man die gezegd heeft
dat ik koning ben.
111
Wachten
Als de verkopers van wijn mij zien schenken zij een glas vol met wat zij bewaard hebben
voor de dag dat zij opgehouden hebben te wachten op waar
zij het meest naar verlangd hebben en ik vraag niet of de prijs lager kan. Wij spreken af elkaar uit te nodigen samen iets te drinken als een van ons er niet meer is;
even later ben jij er al niet meer, ik nodig je uit en jij komt
zoals afgesproken. Plotseling kan ik wél een goede gastheer zijn, ik drink samen met jou zonder haast,
als er twee manieren van wachten zijn, of ik van elk van de
twee een voorbeeld kan geven. Ik kan midden op de dag naar een winkel gaan en wachten tot ik aan de beurt ben,
of ik kan vroeg in de ochtend op straat wachten tot de
winkelier aankomt en zijn winkel opent. Ik weet niet veel van wijn, daarom vraag ik om zoveel mogelijk,
het is toch zo dat wie veel van iets weet aan weinig genoeg
heeft. Als ik niet zoveel dronk zou je denken dat ik iemand was die niets nodig had, 112
behalve een lege plaats voor mijn voeten zolang ik loop.
Wat je bang maakt, Ghalib, als je doet wat je anderen ziet doen
duurt het niet lang totdat je begint te wachten tot je er weer
mee mag ophouden.
Nacht
Ik dacht dat het druk zou zijn, maar er zijn er maar weinig gekomen:
Abraham en Mozes, Jozef en Jezus, ik toen ik een kind was,
en het is al laat in de nacht, ik denk niet dat er nog meer komen,
nemen wij allemaal tegelijk afscheid of een voor een, en wie
dit keer als laatste? Nacht betekent ook op reis gaan als de nacht bijna afgelopen is,
niet meer denken over hoe ik een gast kan zijn maar hoe ik
een gast kan ontvangen, die op straat loopt zolang als het nacht is, kalm en alsof zij dronken is,
als iemand haar ziet, wijs haar in welke richting het huis van
Ghalib is.
113
Werk voor mij
Ik wilde dat verlangen mij op dezelfde manier vulde,
alsof ik een baan had, een echte, waarvoor ik elke dag
betaald kreeg, en die ik vandaag kwijtgeraakt ben. Als ik iets kapot laat vallen is het niet genoeg als ik de prijs betaal,
ik moet het zelf opnieuw kopen, maar misschien hebben ze
het nergens meer. Als ik niet weet aan wie hulp te vragen maak ik vergissingen in vergissingen,
zoals wanneer ik in een paleis inbrak en alleen meenam wat
niemand van mij wilde kopen. De dag dat de armen beginnen elkaar te helpen in plaats van te vechten om elke kleinigheid die tussen hen gevallen is,
is de dag dat ik tussen hen gevallen ben als vanuit hoog in de
lucht. De zon scheen de hele nacht toen ik lampen ging verkopen, dat wist ik van tevoren,
daarom zei ik dat er een nacht zou komen dat ik geen
lampen meer zou hebben om te verkopen. Omdat het jaar bijna voorbij is krijg ik een cadeau, iedereen die hetzelfde werk deed als ik krijgt hetzelfde,
114
ik mag vuurwerk afsteken voordat het donker geworden is.
Laatste dag
Op de avond voor de laatste dag hield hij de hand vast
van de laatste die er ook nog was.
Zoiets kan hij niet zeggen om zich te excuseren
als hij niet was waar hij op een avond verwacht was.
Op de laatste dag komt dezelfde engel hem doden en weer laten opstaan,
hij moet hem ook nog begraven, wie anders zou dat moeten
doen. Hij staat op een begraafplaats zodat alles zo snel mogelijk kan,
dat is niet nodig, zegt de engel, overal zijn open graven.
Hij hoeft zich geen zorgen te maken dat hij te laat komt,
pas nadat hij aan de beurt geweest is komt Jezus, en daarna
wordt het donker. Als de avond begint staat Jezus voor God,
de engel die hem vond waar hij lag zegt dat hij de eerste
boom wilde omhakken die hij zag toen hij weer rechtop stond. Als het donker geworden is komt Mohammed, die altijd de laatste is,
behalve als Ghalib weer een excuus heeft bedacht om nog
langer te laten wachten.
115
Nog een manier
Als ik rijk geworden ben is het niet moeilijk weer arm te worden,
als de prijs van iets stijgt koop ik er meer van.
Omdat zij tegen jou toch geen nee kunnen zeggen verkopen zij alles als zij horen dat jij eraan komt,
maar ik maak mij geen zorgen, zoals de prijzen dalen kan ik
straks alles kopen waar jij om zou kunnen vragen. Ik wil je huis binnengaan en iets uitkiezen wat mij aan jou kan laten denken,
de anderen die naar je verlangen zouden mij dat kunnen
aanbieden. Ik zal overslaan waar zij briefjes bij neergelegd hebben omdat zij het zelf zouden willen hebben,
en ook wat iemand rijk maakt als hij het later verkoopt.
Ik weet nog een manier om snel geld te verdienen,
een weddenschap afsluiten of die man zijn schulden gaat
betalen als ik naar hem toe loop en zeg dat morgen de laatste dag is. Ik geef hem de kans te zeggen zoals iemand tegen een ander op een schip dat in het water verdwijnt:
hier heb je wat ik je schuldig was, nu zijn onze rekeningen
afgesloten. Een feest geven voor bedelaars die nooit om iets vragen,
zij wassen zich in de rivier en daarna krijgen zij nieuwe
kleren en borden vol eten. 116
Zij willen hun oude kleren terug, maar worden tegengehouden,
van ver weg zien zij hoe hun kleren verbrand worden.
In de verbrande resten ligt genoeg geld om het feest drie keer te betalen,
wie dit bedacht heeft, trots dat hij is.
Hoe ik mij een andere wereld voorstel als ik bedenk met hoeveel ze daar zijn,
het wordt avond, het trottoir is vol met mensen, als ze in
mijn richting lopen gaan ze veel sneller of langzamer dan ik. Het wordt steeds donkerder, ik kan geven wat ik bij mij heb, dat is alles wat ik heb,
of aannemen wat ik krijg van wie voor mij blijft staan, zodat
ik niet verder meer kan. Als God meer dan één wereld kan maken moet er in elke wereld iemand de laatste zijn,
je kan rijk worden als je kan zeggen wat op die laatste dag te
doen. Dat is iets wat ik nooit gedaan heb, ergens langs lopen wat niet te koop aangeboden wordt
en vragen of het te koop is, alsof ik tien keer zo rijk ben.
Als ik de laatste ben die arm geworden is vragen zij mij
hoe het is nog rijker te kunnen worden omdat iedereen wat
ik vraag voor bijna niets wil doen. Een rijk kind loopt door een arm dorp als het donker wordt,
had hij niet allang in bed moeten liggen? 117
Daar loopt het kind tegen wie gezegd is dat hij nooit zomaar iets zegt,
hij is door een woestijn gelopen en hij heeft een zee
overgestoken in een klein bootje.
Kom kijken
Een koude nacht en storm, ik hoef niet naakt te zijn, kan mij ook aankleden,
ik weet nog veel, maar wat zou ik als laatste willen vergeten?
Ik zit gehurkt op een vensterbank,
alsof ik als kind geleerd heb in die richting te bewegen als ik
iets hoor wat mij bang maakt. Wat bijna af is, ik heb het gisteren expres zo laten liggen,
ik had nog niet bedacht hoe ik het laatste zou doen, maar
dacht dat ik maar één keer zou hoeven te kijken om het te zien. Mogen kijken omdat het de laatste keer is,
arm in arm hierheen gebracht zodat ik mijn ogen dicht kon
houden tot dan. Je hebt gelijk, ik spreek niet met je als met een vriend,
als ik om iets vraag is het altijd om het laatste wat er nog is.
Ze kwamen kijken omdat het laatste wat met hem kon gebeuren met Ghalib zou gebeuren,
maar er was niets te zien en niemand kwam zeggen dat het
niet doorging.
118
Ghalib en God
God staat voor in de wedstrijd tussen God en mij,
maar hij is ook begonnen toen ik er nog niet was, hij is dat
soort speler. Ik heb het niet eens over de wedstrijd wie het langst bij elkaar kunnen blijven,
en de enige wedstrijden die ik ernstig neem zijn die ik bereid
ben van jou te verliezen. God zegt alleen maar dat hij dagen nodig had om de wereld te maken,
maar het was alleen maar zoveel tijd als hij nodig had om
iemand te vergeten. Kijk eens rustig naar deze kleren, voel eens hoe zacht de stof aanvoelt,
en kijk dan eens naar de sterren, maar omdat ze door God
gemaakt zijn durft niemand er wat van te zeggen. Ik zie iemand die zijn eigen kleren verbrandt,
dat is vast niet om warm te blijven, waar ruikt het naar?
Ghalib, je hebt het over de wedstrijd die we hebben met God,
er is een opening gemaakt in zijn verdediging, zo weet hij
precies waar wij tevoorschijn zullen komen. Hoe dapper wij naar voren lopen, elk van ons verdient een medaille,
en God gaat ons die opspelden.
Ghalib kan niet bij het einde van de dag aankomen zonder dat hij zich warm en koud tegelijk voelt,
dan kan hij niet verder en blijft liggen waar niemand hem te
hulp kan komen.
119
Nacht en ochtend
Vragen zo goed mogelijk beantwoorden,
dat is eerlijk zijn, in ieder geval de laatste vraag van de
nacht? Dacht ik dat er een dag zou zijn waarop ik alleen nog maar eerlijk zou zijn,
als ik niet meer weg kan, ik dacht dat er nog een vraag
kwam. Boven mij hangt een lamp,
alsof ik elke vraag zou beantwoorden als ik lang genoeg niet
zou mogen slapen. Zal ik kleren gaan verkopen aan doden, van deur naar deur gaan,
of lampen verkopen waar het donker is?
Daar woon je? Een van de verlichte ramen in het donker?
Hoe kan het licht aan zijn, je bent toch hier?
Hoe moet ik weten dat je het licht aan laat als je weggaat?
Ik geef toe, als er een inbreker in je huis was zou hij het licht
ook niet aandoen. De lamp die de hele nacht schijnt wordt onzichtbaar als het ochtend wordt,
120
omdat hij precies hetzelfde licht geeft als de ochtend.
In het donker
Ik dans als een beer in een lange jas met zakken: één voor brieven die ik nog moet beantwoorden,
één voor kleingeld, zo ben ik een beer die rinkelt.
Op de nacht van mijn huwelijk word ik naar een kamer gebracht die donker is,
waarin mijn bruid al is, ik word naar binnen geduwd en de
deur wordt dichtgedaan. Wij tasten langs muren om een deur te vinden, gaan naar buiten waar het donker is,
vanaf die dag bezoek ik je alleen ’s nachts, alsof niemand
ervan mag weten. Op een dag zeggen wij of wij bij elkaar willen zijn
als het dag is, en of wij stil willen zijn in het donker.
Wat ben je aan het doen, Ghalib, behalve weer vertellen hoe het hier is,
alsof iemand in het donker dat wil horen.
121
Einde van de nacht
Nooit geweest waar de zon is als een lamp achter een lap dunne stof,
maar ik weet van de kleur van de stof en van de
kostbaarheden, gewikkeld in de stof. De pijlen, een voor een in fluweel gewikkeld, in de met fluweel gevoerde koker,
de boog, ongespannen, in fluweel gewikkeld, het geoliede
koord in een linnen doek, de boogschutter naakt slapend. Ik moet ’s ochtends vroeg op alle deuren kloppen,
maar ze weten dat ik dat niet meer kan, daarom hebben ze
mij gisteravond al hun deuren gebracht. Vroeg wakker terwijl de nacht nog haastig opruimt, ik droom niet vaak meer over thuis;
daar is de zon en lopen anderen die ook langer wakker
moeten zijn, ze stappen toch niet uit de lucht? Wat ik over mijzelf zeg blijft waar als ik vandaag wegga en niet meer terugkom,
dat gaat zo met mij, waar wil je dat ik iets over zeg?
Ik sta in mijn kamer, wil gaan liggen en er is geen bed;
ik kan schreeuwen en iemand die zou weten dat ik geen bed
had zou schrikken. Ik schrijf nog een keer op hoe ik wil dat verdeeld wordt wat van mij is,
dat is toch het begin van schrijven en waarvoor ik schrijven
geleerd heb. 122
Als iemand ziet wat ik geschreven heb denkt hij dat ik niet geslapen heb,
de deur is niet dicht, de deur is naar buiten gegaan, mijn bed
is al dagen eerder naar buiten gegaan. Dan houd ik het wel uit dat ik maar de helft heb,
als ik nu nog de andere helft zou krijgen zou het zijn alsof ik
iets had verloren wat ik nooit had. Ik heb genoeg water om te drinken en om een bad te vullen voor de vogels;
de nacht is bijna voorbij als de vogels wegvliegen zonder een
moment anders te zijn geweest dan stil van verlangen. Verzamel ik dagen of nachten, Ghalib stelt die vraag;
elke keer als iemand niet op mij gewacht heeft wordt het
nacht, als ik de nachten bijeenveeg wordt het ochtend.
123
Een grap van Ghalib
Wat is dat, als iets is alsof het stopt en omkeert, maar eigenlijk verdergaat,
ik herken dat het gebeurt, maar weet niet wat het is,
al denk ik dat het iets is wat iemand in zijn eerste les
leert en als het te moeilijk voor hem is kan hij beter iets anders gaan doen. Als ik een middag niets te doen heb beklim ik een berg die te moeilijk voor mij is,
ik wil niet om hulp schreeuwen en daarom schreeuw ik iets
anders,
want ik kan niet verder naar boven of naar beneden.
Ik zeg altijd ja als je mij vraagt voorop te lopen, naar de overkant van de tuin,
als het ergens goed voor is loop je mij achterna,
een van ons moet toch de overkant kunnen halen,
ook als de zon in zijn ogen schijnt. Ik wilde dat meer makkelijk was omdat ik het al doe voordat ik met iets anders opgehouden ben,
het is nog steeds moeilijk, maar als ik erover moest beslissen
ging het als een kind dat nog niet weet hoe een grap
te vertellen of niet die grap. Moet ik je uitleggen wat een straat is,
je staat ergens en links en rechts zijn rijen huizen zo ver als
je kunt zien, 124
en de ondergaande zon verlicht de bovenste
verdiepingen van de huizen aan één kant.
Een vogel leren dansen met een spiegel,
door hem de spiegel stukje na stukje als suiker te voeren,
en als hij in de spiegel kijkt kan hij jou zien bewegen.
125
Ghalib weet zoveel
De dronken danseres draait in het rond, vangt sneeuwvlokken – ik werk ook, schreeuwt ze,
als je het nu vraagt kom ik naar je toe, als je mij niet vraagt
te blijven ga ik weer weg. Ik loop voor je langs terwijl ik je ogen met mijn hand bedek,
als ik voorbij ben en mijn hand van je gezicht glijdt mag je
kijken. Als je met mij meegaat hoef je met niemand anders mee te gaan,
alsof alles wat ik te weten kan komen een herinnering van
iemand anders is. Ik wist niet dat ik zo kon spreken, met grote sprongen naar waar ik het over wil hebben,
over een donker veld tussen bevroren sloten.
Het is geen danswedstrijd, gezicht naast gezicht, terwijl wij springen en draaien,
onze schoenen neerzetten in de donkere aarde, de dunne
laag ijs bovenop en de donkere aarde daaronder. Wat voor schoenen zou jij kopen als je mijn voeten had?
Wat jij kan, kan ik ook, ik volg elke beweging die je maakt,
in de lege lucht, anders was er geen plaats voor ons allebei. Ik ben bij je, maar het laatste stuk laat ik je alleen, zodat het helemaal van jou is; 126
als je naar links leunt ga je naar links, als je je ogen
dichtdoet blijf je waar je bent.
Welk besluit ben je aan het tegenhouden, ongedaan maken, laten herroepen,
maar als de scheidsrechter zijn fout toegeeft, moet de
wedstrijd dan niet overgespeeld worden? In slaap gehuild en wakker geschreeuwd maangezicht,
de nacht licht en glanzend, door de tuin vol sneeuw onder
het venster. Zo kan ik mij voorstellen dat het is:
midden in de nacht wakker, sneeuw op de boomtakken, de
hemel vol sterren. Ghalib, ze houden je voor iemand die ergens iets van af weet,
omdat je schrijft dat je al blij bent als je verlangen
beantwoord wordt met een ongeduldig gebaar.
127
Overwinning
Als we dat gehad hebben wat gaan we dan doen,
nog zo’n overwinning en we zijn – wat zijn we dan? –
verloren. Als je mijn werk wilt overnemen zul je harder moeten werken,
om mij ervan te overtuigen dat mij alles gelukt is wat ik kan
na afloop waarvan ik verloren ben. Mijn kleren op het strand, iedereen krijgt terug wat hij had, maar ik niet,
want ik had moeten weten dat ik die zou verliezen als ik ze
daar liet liggen. In zee liggen, als het strand leeg is,
overspoeld door een onverwacht hoge golf, zoals nog zo’n
overwinning.
128
Waar ik laat zien dat ik op hoop
Als ik droom dat ik vlieg is het alsof de lucht water is;
ik hoef weinig te doen om niet te vallen, als ik met mijn
rechterhand wuif ga ik naar links. Als ik afscheid van jullie neem
wil ik niet te veel bij jullie liggen gelaten hebben waar ik
hoopte rijk van te worden. Omdat ik er nooit om gevraagd heb,
houdt iemand op met wat hij aan het doen is en beslist of hij
mij kan helpen als ik daarom vraag. Wat ik allemaal hoop niet te hoeven doen,
ik hoop het niet eens uit te hoeven leggen, heb je ooit
iemand op zoveel horen hopen? Een lijst van alles wat ik zou kunnen hebben, dan kan ik makkelijk aanstrepen wat ik heb,
en als ik later alles verlies kan ik daarmee beginnen.
Ghalib werkt aan een lijst van alles waar ik op hoop,
maar dat heeft een ander doel.
129
Zeg maar ja, ik beloof je dat ik al het werk doe
Wie ik een hele avond zoek, met een lamp in mijn hand,
in mijn hand gedrukt als een boeket wilde bloemen.
Wie ik wil dat mij afhaalt,
maar ik kom toch niet aan, wie van ons heeft bloemen bij
zich? Je had mij gezegd dat het een verrassing zou zijn,
wat dacht ik dat het zou zijn, groene vogels tussen rode
bloemen? Wat wil je tegenspreken, de bloemen in mijn handen,
kan ik ze neerleggen zonder dat een van de bloemen verder
weg is dan de andere?
130
Wat een idioot idee, dat ik als eerste aan het werk ga als ik in het donker begin
Als iets bijna genoeg is, leg je er dan iets bij?
Kun je mijn glas voor de zekerheid tot aan de rand bijvullen?
Het plan was dat iemand anders mijn werk zou doen en ik zou niet eens weten wie,
ik zou ergens rondlopen waar ik het makkelijk zou vinden en
naar huis mee kon nemen. Als je mij vraagt wat ik wil hoop ik dat ik als een opschepper klink,
het is weer een avond dat ik graag ergens wil zijn waar
opscheppers met elkaar spreken. Wat een idiote wens, dat iemand wil lezen wat ik schrijf, zelfs als ik nog twee andere heb,
ik wilde kunnen zeggen dat ik alleen maar schrijf omdat ze
vanavond op een gedicht wachten. Zoveel moet tegelijk bij elkaar zijn waar iemand nu eens een gedicht wil schrijven,
kun je je voorstellen wat nodig is om er nog een te schrijven?
Ik ben goed in verkeerd verstaan wat er gezegd wordt
en dan van wat ik gehoord heb iets te maken waarover ik
vragen zou moeten kunnen beantwoorden. Daar loopt Ghalib rond en bedenkt een gedicht om vanavond voor te lezen,
je kunt je niet voorstellen dat hij ooit iets anders gedaan
heeft. 131
Ghalib heeft dit bedacht
De koning stuurt mij brieven en in elke brief heeft hij woorden onderstreept,
of ik er gedichten van wil maken.
Er is een opstand uitgebroken
en de koning heeft beloofd die aan te voeren, daarom heeft
hij geen tijd meer voor iets anders. Ik laat de brieven zo lang mogelijk liggen,
als hij iemand stuurt om mij eraan te herinneren doe ik het
zo snel mogelijk. Het duurt niet lang, want het zijn niet mijn gedichten,
als de koning wil dat er iets anders in staat kan hij
veranderen wat hij wil. De koning kan zich nauwelijks meer bewegen,
de post wordt niet meer gebracht, maar er is iemand die er
iets op heeft bedacht. Ghalib schrijft een brief waarin hij een gedicht uitlegt,
en wie die leest raakt alleen maar verder in de war en geeft
de brief zo snel mogelijk door aan een ander.
132
Op een paard
Ik wil op een paard leren rijden, maar er is geen paard meer voor mij,
als ik wil mag ik ’s nachts terugkomen en in het donker op
een paard rijden. Het paard stapt opzij als ik erop wil klimmen,
wordt het bang als het donker is en iemand plotseling op een
paard wil leren rijden? Elke stap van het paard naar de hemel
brengt de man op het paard zo ver als hij in het donker kan
kijken. In de een na hoogste hemel vraagt Mozes, als Mohammed terugkomt uit de hoogste hemel,
wat voor nieuws God hem naar beneden laat brengen.
Mozes zegt dat God om te veel vraagt, ga terug en vraag of het niet minder kan,
als je het liever niet zelf wilt vragen kan Abraham het
misschien voor je doen. Of iemand het in de zoveelste hemel merkt als iemand in de hemel daarboven over de vloer loopt
en daarom zelf zo stil als mogelijk is.
Moet je je voorstellen hoe het is als iemand op een paard van hemel naar hemel gaat,
op de trap, midden in de nacht, als het donker is.
Toen Ghalib een kind was wist hij zeker dat hij nog nooit liefde gevoeld had,
hoe moest hij te weten komen hoe het zou zijn?
133
Verlangen
Ik wilde dat mijn enige probleem was dat jij niet wilde zien hoe ik naar je verlang,
dat is ook niet goed om te zien, als ik kon zou ik niet willen
kijken. Overal waar ik stilsta leg ik mijn verlangen neer, mijn ogen te moe om te zien wie daar staat.
Noem ik dat een verlangen? Ik wil enkel leren hoe iets te
doen. Kleed je om, ik bedoel, kleed je uit,
je bent de enige die overgebleven is, alles om je heen is leeg,
niet omdat je naar iemand verlangt. Draai je om, draai je om, draai je om,
ik zie je – als ik zeg dat ik je zie kun je tevoorschijn komen.
Ghalib klaagt dat je je werk niet doet,
wat hij dacht dat hem toekwam, als anderen het krijgen
waarom hij niet. Ik heb gehoord dat minder verlangen helpt, maar zou meer verlangen mij niet hieruit kunnen redden,
zoals iemand het leven redt van iemand met wie hij niet wil
spreken. Niemand weet wat verlangen is totdat Ghalib er iets over zegt,
hij leest de geschiedenis van de wereld en als hij die uit heeft
zegt hij wat hij mist. 134
Verlangen
De naakte koning in een langzame strijdwagen, op straat in zijn nieuwe hoofdstad,
de paarden hebben nauwelijks geslapen; hij wekte ze lang
voor zonsopgang. Wie wil hier wonen behalve de metselaars en schilders die nog niet klaar zijn met hun werk,
die midden in de nacht gewekt werden en gezegd: je hebt vijf
minuten om je aan te kleden. Als de koning zegt dat hij twintig steden heeft veroverd, moet er iets zijn wat hij naar huis meegebracht heeft,
hij ziet een leeg veld en begint onmiddellijk een nieuwe
hoofdstad te bouwen. De paarden en de nacht weten wie ik ben en de lege vlakte weet wie ik ben,
Ghalib, als je weet wat goed voor je is schrijf je nog een brief
aan de kleine koningin met de twee ministers. De een naar wie vrouwen meer verlangen als zij weten dat zij niet veel tijd meer hebben,
de ander die op straat met vrouwen spreekt als het donker
geworden is. Iemand op straat wordt doodgeslagen om bijna niets, zijn hemd misschien,
waarom ze Ghalib niet aanraken, omdat hij hun koningin
ooit een brief geschreven heeft. 135
Het nieuws van vandaag
Als ik voorzichtig genoeg ben kan ik overal op proberen te schrijven, zelfs in de lucht kan ik schrijven;
van mij mag het, wil ik dat doen, als het gaat om geven
zonder er iets voor terug te willen? Een hand suiker voor de vogels die uit een hand willen eten,
er is zoveel lucht, maar als ik er iets mee wil doen mag ik het
allemaal hebben. Ik wil steeds weer kijken of begonnen is wat ik niet kan laten beginnen of eindigen,
denk ik dat er ergens ver weg iets veranderd is, wat was er
voor nieuws vandaag? Ben ik er niet trots op dat ik elke dag bij het begin moet beginnen
omdat het mij meer dan een dag zou kosten om erachter te
komen waar ik gebleven was? Wat ik probeer als ik begin met alles wat ik over iets weet op te schrijven,
is dat als opschrijven wat er nog niet is zonder te denken dat
het beter is dan het is? Ik kan niet van mij laten blijven wat er vanaf het begin geweest is, ik heb de tijd niet om heen en weer te gaan,
als er steeds minder overblijft word ik bang, ook als niets
van wat er toen was van mij was. Is er iets wat ooit van mij was, wat ik op kan halen, lange tijd nadat ik 136
afscheid genomen heb?
Als je je herinnert dat je het niet zelf gekocht hebt of
gekregen wil je het toch niet houden?
Zeg eens iets zoals de wereld gemaakt is,
niet zoals die is, maar alsof ik terug kan of kan luisteren.
Als ik naar iets verlang is het er ook, op de manier dat het er ook niet meer kan zijn,
behalve als ik verlang naar wat nooit gemaakt is.
Iemand vroeg mij waar ik goed in was – ach, ze kunnen het altijd proberen,
ik kom er langzaam achter dat wat ik schrijf is als iets wat
vroeger iets anders was.
137
Precies zoveel
Een bedelaar wegwuiven, maar toch geven waarom hij vraagt
als hij voor mij blijft staan, precies zoveel!
Ik geef hem geld om drank te kopen, maar vijf minuten later staat hij weer voor mij,
en vraagt, voordat hij mij herkent, om precies zoveel!
Als hij tegen mij spreekt ruik ik dat hij niet naar drank ruikt,
en nee, hij krijgt geen tweede keer geld van mij, precies
zoveel. Mijzelf laten klaarkomen, als ik ver weg ben van waar ik wil slapen,
niet iemand vragen, om precies zoveel.
Of ik mij iets kan herinneren wat ik vroeger echt wilde en nu niet meer,
als ik eerlijk ben kan ik niets bedenken, ik wil het nog
steeds, precies zoveel. Of ik denk dat het mij zou helpen als ik iets niet meer wilde, zoveel was het niet,
het is niet dat het mij zou helpen steeds minder te willen,
zoveel is het niet. Je kunt mijn hart uit mijn lichaam snijden als je zegt dat dat is wat ik je schuldig ben, precies zoveel,
dat heb ik niet bedacht, ik heb het van een oude jood, die zei
dat ik ermee kon doen wat ik wilde, precies zoveel. 138
Het zou een goede grap zijn als Ghalib de enige goede dichter was
Hij heeft geen dag van zijn leven een gebed uitgesproken, moet hij beginnen nu hij niet meer kan spreken,
zoveel keer per dag een gebaar te maken alsof hij een gebed
zou willen uitspreken? Dat is Ghalib die zijn vrienden zegt dat zij niet moeten ophouden
hem hun gedichten te geven om ze te verbeteren.
Niet omdat hij poëzie liefheeft, waar halen ze die onzin vandaan,
maar als een vrouw die de man verdedigt met wie zij haar
hele leven getrouwd geweest is. Ik weet een geheim dat ik al mijn vrienden wil vertellen,
aan de gedichten die je mij gestuurd hebt kan ik zien dat het
niet de eerste zijn die je hebt geschreven, en je vraagt ook nergens om. Geef mij een gedicht en de volgende dag geef ik het verbeterd terug, behalve als ik het kwijtgeraakt ben,
als mijn handen niets meer kunnen vasthouden moet je mij
niets meer geven. Als ik er niet meer ben, de bebloede vlag waarvoor ik mijn leven gaf, die mogen ze aan je geven,
er zijn veel goede dichters maar ik kom liever pas binnen als
Ghalib aan de beurt is.
139
Nog een grap van Ghalib
Ik ga van deur naar deur, als een hond of een kat, omdat ik anders niet te eten heb,
soms geven zij mij iets omdat zij gehoord hebben dat ik
gedichten schrijf. Een grap hoe de een vrijgeviger probeert te zijn dan de ander,
elke keer dat een deur opengaat kijk ik alsof ik ergens naar
verlang, dat kan ik aan hun gezichten zien. Je hebt gelijk, ik schrijf alsof ik uit een andere taal vertaal
en mijn best doe zo dicht mogelijk te blijven bij het deel dat
ik begrepen heb. Ik wilde dat iemand mij kwam uitleggen wat een gedicht is voor wie niet een mens is,
dan zou ik misschien beter kunnen uitleggen wat een
gedicht is. Iemand vraagt je of je vandaag niet iemands hoofd af zou slaan.
Vandaag? Wiens hoofd zou dat moeten zijn?
Terwijl ik je uitleg waar ik ben, alsof ik een grap uitleg voordat ik die vertel,
kom je achter mij staan – maak mij alsjeblieft niet aan het
schrikken. Ik kan niet over alles een grap maken – niet dat het mij altijd lukt een grap te maken – 140
en dan iets zeggen alsof ik het meen en het kapotgaat als
iemand daar een moment aan twijfelt.
Zeg niet tegen Ghalib dat hij ironisch is, want dat wil hij niet zijn,
behalve nadat hij nauwelijks meer kan ademen – ja, daarna
wil hij wel ironisch zijn. Ghalib zegt weer iets wat net te wijs is, in plaats van bijvoorbeeld priemgetallen op te noemen,
zodat wie het hoort bijna zeker is dat iemand nagedacht
heeft over wat hij zegt, kan hij niet beter?
141
Als dit
Als je mij vraagt hoe iets is, alsof ik alles weet, kan ik dan zeggen: als dit?
Dat wil ik graag, dat ik kan zeggen dat het niet is zoals je
dacht, het is als dit. Tot wanneer kan ik zeggen: nee, dat is niet hoe ik het mij wil herinneren,
tot wanneer kan ik zeggen: ik weet al iets wat ik mij niet wil
herinneren? Ik kan naar je toe komen en een deel van de nacht blijven, jij mag zeggen of het het eerste of het laatste deel is,
totdat jij zegt dat het niet is zoals je gedacht had, als dit.
Een huis voor jou waarin ik ook mag blijven slapen, ik kom eerder binnen,
wacht ik tot jij komt en slaap tot dan in mijn kleren op de
vloer? Jij komt binnen en bent vergeten dat het jouw huis is,
je zegt dat je wel wilt blijven slapen, maar dan in je kleren op
de vloer. Als je kunt uitkiezen wat je je wilt herinneren, dat is als opschrijven wat je je wilt herinneren, dat is als dit,
kan je daarna zoeken naar wat je je wilt herinneren, als dit?
Tot wanneer ben ik een rijk man en kan ik eten bestellen als ik aan een tafel in een restaurant zit, 142
waarom moet ik altijd zo overdrijven?
Waarom doe ik alsof mijn hart een moment stopt als ik iets wil zeggen,
straks gaan ze mij nog slaan, zo hard mogelijk op mijn hart,
omdat ik op de vloer ben gaan liggen.
143
Verlangen
Wat als ik je vooruit stuur en je achternakom, elke avond zie je mij uit het donker aankomen,
kun je een lamp kort aan- en uitdoen als je net aangekomen
bent? Ik denk over wat je aan het doen bent, zo ben ik als jij en als voor wie je het doet tegelijk,
wat kan ik voor jou terugdoen, om alle rekeningen af te
sluiten? Als ik je zou zien zou ik te veel naar je verlangen om je nog te kunnen zeggen wat te doen,
het is zo vreemd om te zien, het lijkt alsof je denkt dat je de
tijd stilgezet hebt. Jij begint daar en ik hier en we hebben iets wat van jou naar mij gaat en weer terug
terwijl wij naar elkaar toe rennen, dat is om wat uit te
rekenen? Ik zeg dat verlangen mij door het donker laat lopen,
maar jij zegt dat er iemand in mij is die beslist waar ik heen
ga. Ghalib maakt een lange reis om te zien hoe wind en golven niets meer hoeven te doen,
144
een ijzeren machine duwt een ijzeren schip over het water.
Hier ben ik
Ik zit aan de rand van de weg, verder is er niets,
iedereen kan erlangs, ze hoeven mij niet te vragen opzij te
gaan. Het was al voorbij dat iemand zo aan kon komen, over een lege weg;
bloemen links en rechts, alsof ik mij plotseling herinnerde
die gezien te hebben en tegelijk zeker was dat ik mij vergiste. Ik doe het licht uit en denk een moment dat ik een ander licht zie,
maar als mijn ogen wennen aan het donker weet ik dat het er
niet is. Niemand komt voorbij behalve misschien een jongen en zijn dieren,
Ghalib hoort graag over wie kan wat hij niet kan, hij kan
werken met het verschil.
145
Later
Waar je geslapen hebt, er is niets meer van te zien,
alsof je in je kleren geslapen hebt.
Later op de dag is het te licht om te kijken, als de zon hoog staat,
en je uitrust, ergens in de schaduw, ver weg van waar je
vannacht zal slapen. De nacht is bijna voorbij, de muzikanten spelen nog,
behalve die wakker wordt als ik hem aankijk, de maan vlak
boven hem. Ik kom steeds aan waar het beste voorbij is,
als jij je het nog herinnert vraag ik je hoe het voorbijging,
misschien kan ik daar nog iets mee. Als ik kom zal ik later komen, misschien als voorbij is waar anderen voor gekomen zijn,
dat is toch bijna een uitnodiging.
Ik geef je een brief en vraag je die de volgende dag aan mij te geven,
het is een uitnodiging, blij dat ik ermee ben, dat is toch bijna
een toegangsbewijs. Die kleren staan je goed, aan wie geef je ze weg als je ze een keer écht aangehad hebt,
niet alleen om te passen of om te laten zien wat je nieuw
hebt. Opgemaakt en in mijn mooiste kleren, heb je iets voor mij om mijn 146
gezicht schoon te maken
of zal ik de kleren gebruiken die ik toch niet nog een keer
aan zal doen?
Voorbij zien komen als een rivier die door de tuin heen en weer stroomt,
dat is genoeg voor mij, ook al moet ik het water elke avond
bijvullen. Dat is toch wat ik wilde, overal waar ik kijk beloftes voor later;
door de voordeur binnen kunnen komen, dat is toch wat ik
wilde? Wat ik voor de zekerheid opschrijf,
omdat ik niet nog een keer zou durven vragen wat het was
als ik het niet meer weet. Ik moet niet zeggen dat er straks niemand is die mij binnen wil laten,
en als jij zegt dat jij mij altijd binnen zal laten, moet ik niet
zeggen dat ik daar straks niet meer om kan vragen. Ik heb nog een verlaat-de-gevangenis-kaart, een brief die ik nog niet geopend heb,
ik mag meer van iets hebben, of iets later hebben.
Als de aankondiger van de ochtend gedichten opzegt van wie zich alles herinnert wat hem gevraagd kan worden,
dan begint zelfs te dansen de Messias die kwam maar niet
liet beginnen.
147
Overslaan
Ben ik een van hen die precies één dag per week rijk zijn,
aan het einde van de dag hoef ik niet eens terug te geven wat
ik heb voordat ik ga slapen. Ik ben bang mij verontwaardigd te voelen als iemand mij vraagt
een verslag te schrijven over wat ik die dag gedaan heb.
Ik laat iets bijna uit mijn handen vallen,
zoek al naar de scherven op de grond, maar heb het nog
steeds in mijn handen. Ik doe dit al zo lang dat ik soms iets kan overslaan,
maar ik wens iedereen het beste aan het einde van elke zin
die ik zeg. Ik wil betalen om mij het te zien doen,
maar als het afgelopen is maakt het mij niet uit hoe het
afgelopen is. Ik sla iets over, jij en ik weten wat het is,
we kunnen het altijd later nog een keer doen.
Ik ben toch alleen maar wie alles wat niet het laatste is zo snel mogelijk probeert te doen,
met niets achter mij dan de pracht van de nacht.
Dit is wat ik nooit meer zal zien, maar het is niet belangrijk voor mij,
ik ben hier maar een paar dagen geweest, waarom zou ik er
een laatste keer lang naar blijven kijken? 148
Als ik iets wil vieren kan ik de grootste ruimte krijgen die ik kan vinden,
en zo lang doorgaan als ik kan, zoals vieren dat ik de eerste
of de laatste ben. Na middernacht: perziken en abrikozen,
als ik weet waar ik te laat voor ben en wat ik kan overslaan.
149
Bed, boom, hart
Je haalt mijn hart uit mijn lichaam en legt het in water totdat het leeggebloed is;
je gooit het weg en een hond denkt dat ik het gegooid heb en
komt het mij terugbrengen. Mijn bed is niet diep, als ik mijn naam hoor roepen sta ik meteen rechtop ernaast,
is dat het beste waar ik mee aan kan komen?
Ik ben in een boom geklommen om te zien waar je was,
toen ik hoorde dat jij het was en je niet wist hoe je terug kon
komen. Ik loop tegen een boom op die nauwelijks beweegt,
behalve als je meetelt dat alles beweegt, als een hond in een
trein. Wordt voor de bruid betaald en begint zij pas daarna te rennen,
of begint de bruidegom te rennen als het donker wordt, de
bruid tegemoet? De avond dat ik je voor mij uit zag rennen,
alsof je met elke stap meer kreeg dan je gaf, en ik kon je
gezicht van opzij zien omdat je omkeek. Ik beweeg mijn mond alsof ik van eten droom, het smaakt niet goed en het is ook nog zo weinig;
ik vroeg alleen maar naar de prijs, geen reden om boos op
mij te worden. 150
Ik ben er niet, zoek mij niet vanuit alle richtingen waarin ik kijk. kan.
Betalen voor wat te zijn? Met heel het hart waarmee betalen
Brieven
Ik lees brieven waarop ik gewacht heb,
ik weet hoe het afloopt en ik zou het willen veranderen,
omdat het niet genoeg brieven zijn. Ik wil mij op de trap tegenhouden,
als ik een dag eerder wegging om een brief meer te krijgen.
Ik geef een te grote fooi aan de krantenbezorger,
wil ik twee kranten omdat ik bang ben dat hij plotseling niet
meer komt? Of bedoelde ik niet de krantenbezorger, maar de postbode,
maar hoe kan de postbode mij twee keer zoveel geven?
Wat ik krijg als ik niet hoef te kijken,
ik word als de krantenbezorger en de postbode die allang
niet meer komen, omdat ze ander werk hebben gekregen. Wie vandaag de post rondbrengt mag twee of drie brieven voor zichzelf uitkiezen;
een postbode kan worden wat hij wil, liever postbode dan
advocaat. Vanmiddag sprak ik met een advocaat, liever postbode dan advocaat;
ik doe alle lampen aan omdat je niet binnen wil komen in
een donker huis waarin iemand is. Dit staat in brieven om te lezen als ik vandaag nog naar huis terug wil, wat niet kan omdat ik ver van huis ben;
waarom zo veel brieven, was één niet voldoende?
Mijn precieze adres brengt de postbode alleen maar in de war;
schrijf: Ghalib, Delhi, en je brieven komen aan, dat beloof ik.
151
Brieven
Ghalib laat in de krant zetten dat hij te zwak is om brieven te beantwoorden,
als iemand bij hem op bezoek komt vraagt hij hem een brief
voor hem te beantwoorden,
klaag niet dat de brief niet in zijn handschrift is.
Iets zeggen kan hij nog, maar luisteren niet meer, dat heeft hij nooit goed gekund,
als iemand bij hem op bezoek komt vraagt hij hem op te
schrijven wat hij wil zeggen,
net als in een brief, maar hij krijgt meteen antwoord.
Op een dag dacht ik dat ik precies wist wat ik moest doen om in het paradijs binnen te mogen,
ik ging bij Ghalib op bezoek en schreef een lange brief om
hem te overtuigen net zo te doen,
elke keer dat ik mij dat herinner schaam ik mij zo dat
ik om hulp schreeuw. Ghalib zei dat hij bijna dood was en dat hij zijn hele leven alles verkeerd gedaan had,
als hij dood is kunnen zijn vrienden een touw om zijn enkels
binden
en hem achter hen aan slepen als zij door de straten
van de stad wandelen. Hoe ik over Ghalib denk heeft toch niets te maken met dat hij zich wel of niet aan regels houdt 152
die iemand anders, zelfs zijn beste vriend, bedacht heeft,
een vriend komt mij zeggen hoe ik iets beter had
kunnen doen, iemand zou mij moeten troosten.
Ik heb altijd geweten dat hij dronken kan worden maar niet zó dat hij niet meer weet wat hij doet,
en hoopt rijk te worden door een keer geluk te hebben, wat
hem niet lukt,
hij verliest altijd, maar ik wil doen wat hij zegt als het
gaat om begin en einde. Ghalib is blij met brieven waarin niets staat behalve beledigingen,
die brieven hoeft hij tenminste niet te beantwoorden
voordat hij dood is,
hij beantwoordt alleen nog maar brieven van liefde.
153
Kun je dat voor mij doen?
Ik houd op met reizen omdat ik bang word te vergeten waar ik al geweest ben,
alsof waar ik geweest ben die herinneringen nodig heeft.
Was jij het die bijna geen voet meer voor een andere kan zetten of was ik het toch,
hoe maak ik het huis daarna schoon, alsof ik er nooit
geweest ben, niet één dag? Als ik bang zou zijn dat jij ergens niet meer zou kunnen komen zou ik een kamer inrichten
zoals ik het mij herinner, maar voor mijzelf zou ik het niet
doen. Ik weet waar ik iets voor moet doen om het mee naar huis te mogen nemen,
al heb ik niet opgelet toen daarover gesproken werd.
Als ik ergens niet om kan vragen kan ik iemand anders dat voor mij laten doen,
door te zeggen: idioot, hoe kun je willen slapen in die ene
nacht dat ik bij je ben? Wat ik kan aanbieden aan wie voor mij werkt, hij mag iets kiezen wat ik niet heb,
hij zegt: je bent zo diep in mij dat ik voor jou adem.
Ik mag ergens aan herinnerd worden als ik overdag op straat sta, 154
als ik in mijn huis sta of als het buiten donker is word ik met
rust gelaten.
Mijn huis is groot genoeg om een kamer alleen als woestijn te gebruiken,
lange afstanden te lopen zonder dat iemand mij zegt
waarheen. Een kamer die als een zee is met een bed daarin dat als een zee is,
en een kamer die alleen voor het licht van de vroege ochtend
is. Als ik één wens heb wil ik niet om iets vragen wat mij afgenomen kan worden,
ik vraag om dat iedereen van alles te veel heeft.
Als ik daarna nog om iets voor mij alleen mag vragen
vraag ik om een huis met meer kamers dan ik mij kan
herinneren.
155
De vraag van vanavond
Of ik liever met jou aan de rand van de zee zit
of aan de oever van een rivier, aan de overkant een vlakte of
een dicht bos? Ik wacht terwijl het donker wordt,
als in een groot schip dat ik net gekocht heb met een
kapitein die het elk moment kan overnemen. Wat je mij geeft raak ik aan, dan kun je het terugnemen
of bij mij laten.
Liefde met tijd als vriend, stellen?
156
heb jij nog een vraag bewaard voor vanavond, die je mij laat
Opgeven
Ik ben niet goed in geven, maar denk dat ik niet slecht ben in opgeven,
als jij het zo graag wilt hebben neem het dan maar.
Iets opgeven door weg te gaan, in hoeveel plaatsen kan ik tegelijk zijn,
bezit is toch negen tiende van de wet?
Ik heb gehoord dat de wet niet in de hemel is,
dan hoef ik daar ook niet mijn advocaat te spelen.
Wat is alsof ik het nog steeds kan terugroepen,
het komt niet terug, maar het luistert.
Dan komt het eindelijk, ik weet dat het komt,
maar het duurt elke keer lang genoeg om het op te geven.
Is er iets wat ik kan doen om in mijn handen te kunnen houden
wat ik wil, al moet ik het meteen daarna teruggeven?
Verrast door harde regen schuilen in de schaduw van een boom,
wie te laat aankomt begint zijn natte kleren uit te trekken.
Ik wil wel iets opgeven waar ik goed in ben, zoals een advocatenbrief schrijven,
ik vraag je die voor mij mee te nemen en de volgende dag
aan mij te geven. Ik zal niet zeggen: ik heb al zoveel opgegeven,
waarom moet ik dat nu ook opgeven? 157
Om iets vragen
Waarom vraag ik niet om iets groots als ik merk dat er naar mij geluisterd wordt,
wie mijn vragen hoort en uitvoert verbergt zich.
Als er naar iets verlangd wordt is het er ook, op de manier dat het er ook niet meer kan zijn,
behalve als ik verlang naar wat nooit gemaakt is.
Ik wil toch helemaal niets behalve in de schaduw zitten van naar wie ik verlang,
en met haar meebewegen als zij beweegt, om in de schaduw
te blijven. Als ik toch nog iets zou kunnen maken zou ik iemand van klei maken en zoveel water bij de klei doen dat die zacht blijft,
of iemand van water maken als ik echt iets zou kunnen
maken. Zoals een jongen iets van papier maakt dat nauwelijks lijkt op wat hij wil krijgen,
maar zo hoeft hij er niet hardop om te vragen, en hij hoopt
dat het groter kan zijn dan hij kan zeggen. Als ik iets gekregen heb zonder erom gevraagd te hebben en ik het niet meer heb, kan ik erom vragen,
als ik kan zeggen dat ik iets wil als ik het toch niet krijg lijk
ik vergeten te hebben hoe groot de wereld is. Ik wil je iets vragen alsof je al gezegd hebt: waarom doe je het niet 158
zelf, en ik stil weggelopen ben,
op een dag vertel je mij wanneer nog mogelijk was waar ik
die dag om vraag.
Je geeft iets weg maar vraagt of je het elke keer dat je erom zou vragen terug zou mogen zien,
dan kwam je naar mij toe en ik zou je het laten zien.
Als van niets meer gezegd kan worden of het iets anders waard is,
denk ik dat ik niet meer nee kan zeggen als mij iets gegeven
wordt waar ik ooit om gevraagd heb, omdat het is als iets afnemen van wie weinig heeft. Een huis van papier maken omdat ik je iets wil vragen wat ik je alleen in een huis kan vragen,
het huis kapot laten waaien en je eraan laten wennen dat je
geen huis hebt. Je kunt van veraf kijken naar de enige muur die er nog staat,
dan plotseling een nieuw huis voor je maken, zonder dat je
daarom gevraagd hebt. Zo mooi en groot dat je het nauwelijks zou merken als ik er ook zou willen slapen,
maar het blijft jouw huis, en als ik er een nacht heb geslapen
sta ik vroeg op en blijf weg tot het donker geworden is. Je kunt iets op de deur schrijven als je wilt dat ik voor de deur blijf wachten tot je ergens klaar mee bent,
wat een plan, ik moet wel veel weten van wat ik doe om
zoiets te bedenken. Als ik voor de deur sta, weet je wie naast mij staat, wie nergens nee op kan zeggen,
zoals de maan zoals ik die ooit getekend heb, een cirkel in
het donker, om er niet meer om te vragen.
159
Je vraagt om zoveel als ik wil geven, maar ik heb dat toch al weggegeven,
maar Ghalib, jij weet toch precies hoe het is om te vragen
om iets wat allang weggegeven is?
160
Heb ik nog vragen
Elke keer dat ik ontslagen word vragen ze mij later
terug te komen voor een paar dagen.
Ik moet niet schrikken als mij gezegd wordt dat niet is uitgekomen
waarop zij hoopten toen zij mij voor het eerst zagen.
Ik houd op nieuwe kleren te kopen want ik heb genoeg kleren die ik nooit heb gedragen,
maar ze zijn niet nieuw, ze zijn lang geleden juist hiervoor
gekocht. Zeg maar dat je niet nog een keer wilt horen dat ik weer ontslagen ben,
want dat is iets anders dan mij vrijkopen, kan ik mij niet
beter gedragen? Dat krijg je ervan als je mij te vaak vraagt wat ik later wil worden,
er komt een dag dat je mij niet meer daarom zal vragen,
dan heb je het zo vaak gevraagd.
161
Vogel
De vogel in de kooi spreekt met de vogel uit de tuin,
waar de bliksem gisteren ingeslagen is, hij zag het door het
raam. De vogel in de kooi zegt dat de vogel uit de tuin
niet bang hoeft te zijn te zeggen hoe het in de tuin was.
Op een avond dat het raam openstaat raakt de bliksem de kooi en de kooi verbrandt in één moment tot as,
de vogel uit de tuin hoeft niet bang te zijn te zeggen hoe het
op dat moment in de tuin was. Voor als ik niet meer kan spreken schrijf ik op mijn voorhoofd,
goed dat ik spiegelschrift geleerd heb toen ik een kind was.
Ik ben gelukkig dat ik hier voor u mag staan,
want, want,
162
want dat is mijn baan.
Deze bladzijde is met opzet leeg gelaten
Inhoud
7
Begin
9
Ghalib
10
Als de koning mij betaalt
11
Ghalib en nog een
12
Ghalib en de engel
13
Er is niet zoveel wat ik moet weten
14
Ghalib en God
15
Voordeel
16
Ghalib en de engel van de dood
17
Uit het hoofd
18
Schrijf maar op wat ik moet
19
Steeds meer vrijheid
20
Ghalib en Mir
22
Ghalib en Hafiz
24
Plan
26
Vraag en antwoord, zo doen
betalen
we dat
27
Teveel, zoveel
28
In de woestijn
29
Vuur
30
In de woestijn
31
Verschil
32
Wat is jouw naam ook alweer, de enige die geen plannen heeft als het avond wordt?
33
Op reis naar India
34
Een grap van Ghalib
35
Afspreken
36
Een grap van God
38
Ik weet genoeg voor een roman
40 Iets op de grond stukgooien
72
Uit Egypte weggaan
41
Achter de deur
74
Niets is van mij voor lange tijd
42
Als ik hoor schreeuwen kan ik
76
Geld verdienen
78
Later kun je zeggen dat je hem de
ook schreeuwen
43
Kleren
45
Moeilijk, mogelijk
hand geschud hebt
79
Ver weg
46 Weggeven
80
Ghalib, aan het werk
82
Ghalib en zijn carrière
84
Oefenen
47
Vorig jaar waren we met ons drieën
48
Hoe het gaat
85
Nog een engel die elke dag werkt
50
Storm
86
Wil je dit horen
52
Ghalib en Mohammed
87
Water
54
Vrij
88
En wat gaan we dan doen? Zou
55
Hier of daar
ik dat op de muur kunnen
56
Ook goed
schrijven?
57
Hé, er is een verschil tussen de
89
kans achteraf en de kans van tevoren; oh, wil je zeggen dat je
Hoe iemand weer heel gemaakt wordt
90
een experiment gedaan hebt?
Vlak voor een muur staan om vragen te stellen
58
Woorden
91
Onderzocht en bevestigd
59
En wat we dan doen
92
Genoeg
60
Mooie jongen
93
Spiegels
62
Abraham en twee engelen
94
Ghalib en Jezus
63
Welke berg
96
Excuus
64 Abraham en Isaak
97
De oude man met de hond
65
Abraham
98
Iets anders
66
Wat Rachel met haar lachen
99
Is er nieuws?
doet, doet Lea met haar tranen
100 In het paradijs
67
Jozef
102 Weet je
68
Jozef
103 Welkom
70
Jozef en Jezus
104 Bloemen
71
Een glas voor iedereen
106 Over een jaar, op deze dag
107 Wat voor dag
132 Ghalib heeft dit bedacht
108 Omdat Ghalib wat is?
133 Op een paard
109 Ghalib, wil je weten hoe India
134 Verlangen
bestuurd wordt?
135 Verlangen
110 De koning als het al donker is
136 Het nieuws van vandaag
112 Wachten
138 Precies zoveel
113 Nacht
139 Het zou een goede grap zijn als
114 Werk voor mij
Ghalib de enige goede dichter
115 Laatste dag
was
116 Nog een manier
140 Nog een grap van Ghalib
118 Kom kijken
142 Als dit
119 Ghalib en God
144 Verlangen
120 Nacht en ochtend
145 Hier ben ik
121 In het donker
146 Later
122 Einde van de nacht
148 Overslaan
124 Een grap van Ghalib
150 Bed, boom, hart
126 Ghalib weet zoveel
151 Brieven
128 Overwinning
152 Brieven
129 Waar ik laat zien dat ik op hoop
154 Kun je dat voor mij doen?
130 Zeg maar ja, ik beloof je dat ik al
156 De vraag van vanavond
het werk doe 131 Wat een idioot idee, dat ik als
157 Opgeven 158 Om iets vragen
eerste aan het werk ga als ik in
161 Heb ik nog vragen
het donker begin
162 Vogel
Deze bladzijde is met opzet leeg gelaten
Deze bladzijde is met opzet leeg gelaten